Hollandse relschoppers op vakantie
Dezer dagen was ik nog aan de Belgische kust om even ‘uit te waaien’. Nou, dat is gelukt, want er stond een stevige wind die de grijze wolken over de betonnen appartementsgebouwen het land injoeg.
Dat zag er allemaal onheilspellend uit, maar voor de rest was het er vredig. In Oostende, de wat rauwe volkse vissersplaats, zaten de restaurants goed vol. Dat mag in België, je kunt met ‘je eigen bubbel’ tot maximaal 15 personen iets gaan eten.
In Brugge kon je in het centrum bijna over de koppen lopen. Het was er even druk als anders. Dat gold ook voor Knokke, waar de Landrovers en Porsches als vanouds af en aan reden. Op de terrassen waaide je weg, maar toch was het er vol. Blijft toch een fenomeen dat het welvaartspeil op die paar vierkante kilometer zo hoog is. Een van de duurste vastgoedsteden van Europa. Rijk zoekt rijk, dat kun je hier wel stellen. In ieder geval zien de straten en stoepen er schoon uit, zijn de tuinen aangeharkt en etaleren de exclusieve winkels en kunstgaleries hun beste waren.
Je kunt er ook goed feesten, overdag en ’s nachts. Dat gaat daar doorgaans in stijl aan toe, niet zo lawaaiig. Maar dat was deze week wel even anders, toen een aantal jongeren uit Amsterdam er neerstreek. Die wilden de bloemetjes buitenzetten en deden dat zo luidruchtig dat de politie in de tweede nacht de boel schoonveegde en daarbij stevig optrad. De Belgische kranten stonden er vol van. In de Brusselse migrantenwijken waren ze gewend aan straatgeweld en het uitdagen van de politie, maar toch niet in het deftige Knokke.
Intussen kunnen ze daar in de Portugese badplaats Albufeira over meepraten. Dezer dagen bleken ineens een paar duizend Nederlandse jongeren te zijn neergestreken, die wilden vieren dat ze hun examen hadden gehaald. Corona? Nooit van gehoord. Op de beelden op social media zag je dat ze zich van de Portugese maatregelen tegen het virus niets aantrokken. Nadat ze een paar nachten hele buurten op stelten hadden gezet, greep de Portugese politie hardhandig in. Er werden bovendien flinke boetes uitgedeeld. Op de foto’s en video’s te zien leken het me geen ‘kansarme jongeren’. Velen kwamen uit Het Gooi, zo’n beetje de rijkste regio van Nederland. Bekakte braniemakers, zou ik bijna willen zeggen.
Van huis uit hebben ze blijkbaar niet meegekregen dat je ook plezier kunt maken zonder rotzooi te trappen. Nederlandse verslaggevers waren er als de kippen bij om de jongeren vragen te stellen. Dat ging er een beetje lacherig aan toe, de reporters uit Hilversum hadden alle begrip. Het algemene antwoord van de jongeren luidde dat niet zij, maar de politie zich misdragen had. Die agenten waren veel te streng. En zij hadden niks misdaan. Ja, wat flauw ook van die Portugezen, dat ze niet de boel willen laten afbreken door de jeugdige lefgozers uit Olanda.
Nederlanders hebben niet altijd een goede naam in het buitenland, zeker niet als er gefeest moet worden. Veel drinken en schreeuwen. Olé olé. In buitenlandse vakantie-oorden maak je het vaak mee, dat als daar een zwerm ‘Hollanders’ neerstrijkt, dat dan het aantal decibels fors omhoog gaat en dat de polonaise over het terras al gauw in de lucht hangt. Ik ben dan altijd als een van de eersten vertrokken.
Maar dat ze zich zelfs in coronatijd nergens iets van aantrekken, dat is weer een nieuwe stap in de kennelijke ambitie om als wereldkampioen hufters te mogen worden uitgeroepen. De geciviliseerde landgenoten uiteraard niet te na gesproken.