Wie mag ik nog kussen straks?
Wat doen we als straks, op enig moment, die verrekte anderhalve meter afstand de prullenbak in kan en we weer ‘normaal’ kunnen doen? Mogen we elkaar dan weer kussen bijvoorbeeld? Ik hoorde daar op de radio een hele discussie over.
Voor de goede orde, ik heb het hier over de kus als een vorm van begroeting. Degenen die denken dat ik me nu ga richten op de romantische of zelfs erotische varianten, die moet ik teleurstellen, die zullen na deze zin stoppen met lezen.
Voor de anderen dus het fenomeen van de begroetingskus. Eerlijk gezegd ben ik daar nooit zo goed in geweest. In mijn jonge jaren al helemaal niet. Grotendeels uit verlegenheid, maar ik wist ook niet precies wat de bedoeling ervan was.
Ik heb het vaak best lastig gevonden, die begroetingskus op de wang. Zijn het er een, twee of drie. Hangt van de plaatselijke cultuur af. En bij wie doe je het wel en bij wie niet? Ik was in dat opzicht vaak een held op sokken, wist het eigenlijk niet. Ik deed maar wat.
Naarmate de jaren vorderden, werd ik er wat minder zenuwachtig van. Meer van: we zien wel. Maar toch regelmatig nog met twijfel. Sowieso vind ik niet dat het een vast ceremonieel moet zijn. Ik wil ten allen tijde vermijden dat de dame in kwestie zich daar onprettig of overrompeld bij voelt. Ja, ik zeg ‘de dame’. Dat impliceert inderdaad dat ik mannen niet echt een kus op de wang geef. Oh, wat ouderwets, hoor ik menigeen nu zeggen of denken.
Het zal zo zijn. De laatste jaren werd het een trend in de incrowd in Maastricht, Amsterdam en nog wat steden met veel yups, dat mannen elkaar ook een of meer kussen gaven. Ik snapte het wel, het was een soort gevoel van ‘we zijn op vakantie in Frankrijk, in de Provence, daar doen ze dat ook’. Ik heb er niet aan meegedaan vanwege enerzijds toch nog een soort bescheidenheid en / of verlegenheid, maar ook een vermijding van enige vorm van populair gedrag. Ik had er gewoon geen zin in. Als ik ermee was opgegroeid, dan was het een ander verhaal. Maar om het op latere leeftijd ineens ‘as usual’ te doen, dat vond ik geen goed idee.
Dat neemt niet weg dat ik een paar van mijn beste vrienden na een heel plezierige ontmoeting kan omarmen en tegen me aan kan drukken, uit pure kameraadschap. Dat is geen theater, dat komt uit de grond van mijn hart.
Maar de ceremonie om op elke plek, of het nu een terras is of de foyer van het theater, elkaar uitbundig te gaan kussen, ik ben er altijd zuinig mee geweest.
Wat niet wegneemt dat ik een aantal mensen – vrouwen inderdaad – wel degelijk met een zachte kus op de wang begroet. Ik voel dan dat dit wederzijds is, wars van enige ceremonie. Maar het moet niet een circus worden en ik moet me vooral niet verplicht voelen. En nog belangrijker, de dames in kwestie moeten niet het gevoel krijgen van: god allemachtig, daar heb je hem weer.
Ik heb het vaak van dichtbij gezien. Mannen die joviaal en breed met de armen zwaaiend op zowat elke vrouw aflopen en dan vanzelfsprekend enkele stevige ‘pakkerds’ op de wang geven. Zó , dat was nog eens hartstochtelijk. Die spelen een soort geforceerde womanizer. Ik weet uit ervaring dat dit absoluut averechts werkt, de meeste vrouwen zitten daar echt niet op te wachten. Die willen niet overvallen worden. Tenzij het Clooney zelf is, dat kan de houding veranderen. Nee, ik wil het niet meteen als ‘#metoo’ bestempelen, maar het kan wel degelijk lomp zijn, dat overdreven en opgelegde gesmak.
Maar we zijn nu in het post-coronatijdperk. Wat blijft er over van de begroetingskus? Ik denk dat die ook na de beschikbaarheid van een vaccin voorlopig even wat minder gebruikelijk zal worden. En dat vind ik eigenlijk wel mooi. Natuurlijk, een spontane kus en omhelzing, fantastisch. Maar al dat klefferige, dat gelabber, dat geforceerde, dat mag voor mij wel achterwege blijven.
Wat dat betreft hadden ze heel vroeger, in de tijd van de postkoetsen, iets veel mooiers, namelijk de charmante kus op de hand. Dat zal nu gezien worden als oersaai en ouderwets. Maar misschien is zo’n kus wel veel subtieler. En hoffelijker.