Mijn nieuwe hobby: focussen op filmregisseurs
Met de hele familie zitten we weer eens thuis in quarantaine. Ik ga er niet over uitweiden, totaal oninteressant voor buitenstaanders. Wel interessant wellicht is mijn quarantaine-focus. Hoe zorg ik ervoor dat ik me deze quarantaine straks niet herinner als een periode van kommer en kwel? Door een focus ze zoeken en me niet over te geven aan de lamlendigheid.
Een eerdere familiequarantaine brachten we voornamelijk door in de tuin. Pingpongtoernooitjes, sportcircuits en happy hours op de loungebank. Ik herinner het me inderdaad niet als een week van kommer en kwel. Ziedaar het bewijs van het belang van een focus.
Maar gezien het winterse weer moet de beïnvloeding van de geest deze keer binnen plaatsvinden. Het moet iets zijn waar ik elke dag naar uitkijk. Iets wat we me inspireert en vermaakt. Iets wat ik normaal niet doe, waar een rode lijn inzit en wat ik niet zo goed begrijp. De focus is geboren: ik ga me verdiepen in een filmregisseur die ik maar moeizaam kan volgen. Mijn hongerige blik valt op Quentin Tarantino. Waarom is die man zo geliefd bij velen, terwijl ik tot nu toe vooral een hoop zinloos geweld zag?
Met de gordijnen dicht, een pot thee en een reep chocola binnen handbereik, gaan we aan de slag. Studentenzoon, die hier helaas ook verplicht vast zit, doet mee aan de quarantaine-focus. We beginnen goed. Inglourious Basterds wil nu al niet meer uit mijn hoofd verdwijnen. Wat een snijdend spannende openingsscène, en wat een geniale revanche waarmee de geschiedenis een andere wending krijgt. Knap hoe je met het bestellen van een glas melk en het passen van een schoen zoveel emotie kunt oproepen. Ik ben geïnspireerd!
Van Pulp Fiction herinner ik me vooral het enorme geweld. Maar wat zie ik nu echt? Van de romp zonder hoofd op de achterbank van de oldtimer krijg ik niet meer mee dan de rode sporen op de maagdelijk witte bekleding. De verkrachtingsscène vindt plaats in de donkere krochten van een kelder. Toch blijf ik zelfs voor de suggesties van geweld wegkijken. Maar de manier van vertellen heeft mijn volle aandacht. Vijf op het eerste gezicht losse verhalen vervlechten zich uiteindelijk tot een raamwerk. Geïnspireerd!
Once upon a time in Hollywood zag ik nog niet zo lang geleden met mijn filmclub. Ik meen dat ik de enige was die er nog iets mee kon. De rest haakte vroegtijdig af bij deze western, die natuurlijk helemaal geen cowboyfilm is, maar een relaas over een acteur die doorheeft dat hij op zijn retour is. Hoe Tarantino ook in deze film speelt met feit en fictie en de geschiedenis een zwiep geeft, is meesterlijk. Wederom geïnspireerd!
Ook na het zien van meerdere films blijft het brein van Quentin Tarantino voor mij een black box. Misschien is dat juist iets wat een groot kunstenaar typeert. Wat mijn quarantaine-focus me wel heeft opgeleverd is een hoop inspiratie, een duidelijke herinnering aan mijn zoveelste quarantaine week en een nieuwe hobby: focussen op filmregisseurs. Suggesties?