Een week vol feesten na een rustige zomer

Het was even wennen deze week, na een relatief rustige zomer, om weer een aantal feesten bij te wonen. Ambtshalve uiteraard, maar toch.
Dat begon al woensdag op het prachtige Kasteel Hex, vlakbij Sint Truiden, waar de ondernemersvereniging VOKA het Zomerkasteelfeest gaf. Welnu, de Vlaamse gastvrijheid en gevoel voor stijl kwamen hier uitstekend tot uiting met de beste champagne en wijnen, en mooie gerechtjes. En dat voor zo’n 1250 gasten uit het bedrijfsleven en de diverse besturen. Tot en met de hoogste instantie, namelijk de regering.
Nu heeft België een record aantal regeringen, maar er is er toch eentje die bovenaan staan, dat is de federale regering. Die heeft niet op zo heel veel terreinen iets te zeggen vanwege de verregaande bevoegdheden in de gewesten, taalgebieden, steden en zo verder. Maar toch, Alexander de Croo is de enige die zich minister-president van het hele land mag noemen, en hij nam de gelegenheid waar om op zo’n mooie zomeravond de banden met Limburg aan te halen en uiteraard de nodige complimenten te maken, zoals dat gaat.
Ik geraakte nog met de premier aan de praat en er ontspon zich een aardig gesprek over de stad Maastricht. De liberale voorman maakte van zijn hart geen moordkuil en vond het tot op de dag van vandaag spijtig dat de Limburgse hoofdstad ooit van België werd losgemaakt en zich noodgedwongen moest aansluiten bij Nederland. In de ogen van De Croo bepaald geen vooruitgang. Net als zijn omstaanders op het feest meende de eerste man van de Belgische politiek dat niettemin Maastricht nog altijd ‘een Belgische stad’ is, althans qua sfeer, mentaliteit en cultuur. Ik kon dat niet geheel tegenspreken, sterker nog, dankzij de vele Belgen die de stad bezoeken, gaat het de betere restaurants en winkels alleszins goed.
Met keelpastilles – die ik af en toe wegspoel met een mooie rosé of een frisse chardonnay – probeer ik dit weekeinde mijn stem nog aan de praat te houden.’
Veel Belgen zag ik een dag later terug in die ‘Belgische stad’ Maastricht, op het Vrijthof nog wel, natuurlijk op ’t Preuvenemint. Het weer was weliswaar geheel omgeslagen, maar niettemin was de feestvreugde groot, onder meer bij Ed Somers, Stefan Vangronsveld (beiden Vestio), die samen met gastheer Piet Joosten van RO Groep nog eens toostten op hun geluk dat hun gezamenlijk plan voor het Landbouwproject aan de Maas door het gemeentebestuur is verkozen. Woningen, een nieuw conservatorium en toneelacademie, en bijzondere horeca, dat allemaal over een paar jaar aan de Maas.
Daags erna zag ik hen ook nog, samen met de derde vennoot in dit project, Louis Machiels van Group Machiels, die Maastricht een zeer aantrekkelijke stad noemde om in te investeren. Ze zaten aan de lunch in de stand van Invite van 3-sterrenchef Jacob Jan Boerma die samen met foodblogger Yves Silvain is neergestreken op het Vrijthof. Een tafel verder zat niet voor niks Michel Maes met een aantal relaties. Er werd alvast voorgesorteerd op een zakelijk ‘huwelijk’, want Boerma gaat de restaurantformule doen in Kasteel Oost in Eijsden, dat Maes momenteel grondig aan het restaureren is. Ondertussen genoten we van exquise gerechten met de hulp van topchefs uit zowel de eigen regio alsook het buitenland, tot aan Barcelona.
Elk jaar is er een hoop geklaag over ’t Preuvenemint, maar uiteindelijk zie ik steeds weer iedereen terug. Van talloze zakenmensen en bestuurders tot jeugdige partygangers die blij zijn dat er ’s avonds ook nog ‘beats’ uit de boxen van de ‘hippe’ stands schallen. Weliswaar door elkaar, zodat er een onherkenbaar brouwsel aan geluid overblijft, maar dat mag kennelijk de pret niet drukken. Met keelpastilles – die ik af en toe wegspoel met een mooie rosé of een frisse chardonnay – probeer ik dit weekeinde mijn stem nog aan de praat te houden. Want er zullen nog de nodige ontmoetingen volgen tijdens dit zomercarnaval met een culinair tintje. Van zomerse rust is in ieder geval geen sprake meer.