Stoffel de schildpad
Het was een kinderserie of -film op TV, kan ik me vraag herinneren. De naam van de hoofdpersoon ken ik wel nog goed: ‘Stoffel de schildpad’. Dat werd een symbolisch begrip. Als in die tijd een voetballer zich wat traag voortbewoog over het veld, dan kreeg die al snel de naam ‘Stoffel de schildpad’. Of als zo’n zondagsrijder voor je op de weg reed.
Nu is zo’n raar beest met zo’n dak op de rug natuurlijk niet van de snelste. Dat kan ook lastig, als je zo gebouwd bent. Ik moet er niet aan denken. Maar net als wij allemaal heeft ook dit wezen geen keuze gehad bij de verwekking en de geboorte.
De naam van Stoffel kwam deze week ineens weer bij me op, toen ik Sjaak de Gouw, directeur van de GGD weer in een talkshow zag. Vriendelijk, zoals de meeste schildpadden ook trouwens. Maar om nou te zeggen dat je die als eerste belt, als het huis in brand staat, nee, dat niet echt.
Ze had zo gehoopt dat Nederland een ‘gidsland’ zou zijn bij deze pandemie. Maar net als bij het voetbal zijn we dat al lang niet meer.
De goedlachse baas probeerde op allerlei mogelijke manieren uit te leggen waarom dat het heel begrijpelijk is waarom Nederland weken achterligt op de rest van West-Europa en andere westerse landen bij de vaccinatie tegen covid-19. Alle smoesjes kwamen voorbij: producent Pfizer was pas laat met informatie gekomen (die kondigde van de zomer al aan dat het spul eind december klaar zou zijn), het heeft echt tijd nodig om een goede administratie op te zetten en vooral: het moet allemaal zorgvuldig gebeuren. Hij had vernomen dat er in Engeland een paar mensen flauw waren gevallen bij het inenten. Nou èn, dat gebeurt wel vaker als mensen een spuitje krijgen. Sommigen hebben dan zoveel stress dat ze even onwel worden.
Deze week sprak ik los van elkaar met twee professionals in de Nederlandse gezondheidszorg. Over de GGD waren ze nogal uitgesproken. Die ziekenbroeders op de ambulances, dat waren prima gasten die wisten van aanpakken. Maar organisatorisch is die GGD volgens hen een heel ambtelijke en stroperige organisatie. ‘Dat is nooit anders geweest’, wist eentje te melden.
En laat de regering – met gezondheidsminister Hugo de Jonge voorop – nou al wéér blind achter die GGD aanhobbelen, zonder de regie zelf over te nemen. Ze wisten toch dat het verschrikkelijk lang geduurd heeft voordat het testen onder leiding van de GGD op gang kwam in Nederland. Dat was al een bewijs van incompetentie. En wat doet de minister dan bij de nu oh zo belangrijke vaccinatie: hij legt wéér alle verantwoordelijkheid bij deze instelling. Met als gevolg dat we andermaal ver achterlopen op de ons omringende landen.
Zorgvuldigheid? Onzin. De Duitsers gaan echt wel serieus te werk. Maar die zijn gewoon op tijd begonnen. Hebben zelfs de Bundeswehr ingeschakeld om de logistiek op tijd klaar te krijgen. En die gaan gewoon deze maand nog vaccineren. Net als de Belgen. Die hebben al geoefend in de praktijk, ook daar is het leger erbij gehaald voor ondersteuning.
En wat doet de GGD? Vergaderen over de zorgvuldigheid. Wat een blamage. Ik hoorde een interview op de radio met een Nederlandse arts die werkt op de ic-afdeling van een ziekenhuis in New York. Was deze week gevaccineerd. Hoe dat voelde, vroeg de presentatrice vanuit Hilversum? ‘Nou, net als elke andere prik’, zei hij nuchter. Of hij niet zwak en misselijk was daarna? ‘Nee’. Of hij zich geen zorgen maakte over bijwerkingen? ‘Nee, want het is een reeds jaren bestaande wetenschappelijke techniek, waaraan nu alleen de code van covid-19 is toegevoegd. Geen enkel risico.’ En wat hij vond van de keuze in Nederland om nog een paar weken te wachten? ‘Onbegrijpelijk’. De presentatrice klonk teleurgesteld. Ze had zo gehoopt dat Nederland een ‘gidsland’ zou zijn bij deze pandemie. Maar net als bij het voetbal zijn we dat al lang niet meer. Hoezo het land van innovatie? Van vergaderen wel ja.