Fusies en integriteit
Het lijkt er wel zo langzaam op dat Maastricht niet zonder affaires rondom een burgemeester kan. Nu zou er dan weer iets aan de hand zijn met Annemarie Penn. De Volkskrant kwam er mee en suggereerde dat ze iets geritseld had met de aankoop van een huis bij haar de in straat. Want het was van een ambtenaar en die was toevallig ook directeur van het zogeheten Shared Service Center, waarbij de gemeenten Maastricht, Heerlen en Sittard-Geleen een hoop administratie bij elkaar gooien.
Sommige andere kranten hebben die kwestie overgenomen. Aan het eind van het liedje is dan de conclusie dat er eigenlijk niks raars aan de hand is, omdat Penn de normale weg heeft bewandeld, een marktconform bedrag heeft betaald en er niet geheimzinnig over gedaan heeft. Ze heeft zelfs nog bij gouverneur Bovens nagevraagd of het in haar positie wel kon, want ze wilde geen gelazer rondom haar integriteit.
Nu wordt dan toch gezegd dat het handiger had gemoeten. Ze had er niet alleen openlijk over moeten praten, maar het ook nog formeel moeten melden. Zal best allemaal. Maar ik denk toch ook, schieten we niet af en toe wat door, terwijl belangrijkere zaken onder het tapijt blijven liggen?
Gerd Leers moest weg omdat hij een vakantiehuis in Bulgarije had gekocht via een ambtenaar die daar een project was gestart. Zeker niet handig, met name voor Leers zelf niet, want het vakantiehuis is er nooit gekomen, weg investering. Maar in Maastricht heeft niemand nooit een cent last gehad van die domme transactie. Om iemand daarvoor te scalperen? Politieke afrekening, zo hoorde je achteraf in de wandelgangen van het stadhuis. Tegenstanders zijn altijd op zoek naar een stok om je te slaan.
Zijn opvolger Onno Hoes kon zijn hormonen niet in bedwang houden en legde het openlijk aan met een knaap in een Maastrichtse hotelbar. Ook niet al te handig. Hij had wellicht beter naar Luik kunnen gaan om daar aan zijn gerief te komen. Maar of ook maar één inwoner van de Limburgse hoofdstad er verder last van heeft gehad? Nee, maar toch was het ‘Abmarsch’.
Met Annemarie Penn zal het in deze kwestie niet zo ver komen denk ik, maar er zit dan toch een smetje op. In die zin dat je altijd mensen hebt die zullen zeggen: ‘was dat niet die burgemeester die iets ritselde met een huis in de straat?’.
Bestuurders die de boel belazeren, moeten bij de oren worden gepakt en indien nodig de laan worden uitgestuurd. Maar als je in zo’n functie niet meer als burger kunt functioneren, dan wordt het erg lastig om nog bekwame mensen te vinden voor dat soort posten. Je moet nogal gek zijn om je vrijwillig aan de schandpaal te laten nagelen.
Erger vind ik dat hele gedoe rond dat Shared Service Center zelf. In deze tijd waarin steeds meer de managers in plaats van de bestuurders het voor het zeggen krijgen, zie je de ene na de andere fusie en reorganisatie. Dat zou allemaal beter zijn voor de efficiency. Dus moesten een boel ambtenaren van Maastricht en Sittard-Geleen naar Heerlen om daar in het Shared Service Center te werken. Zou absoluut kostenbesparend werken. Maar wat blijkt nu, het tegendeel is waar, het kost alleen maar méér geld.
Is dat dan al dat gedonder over afgeluisterde ambtenarengesprekken en verziekte verhoudingen waard geweest? Nee dus.
Groter is niet altijd beter. Van de zomer reed ik door Franse dorpjes waar nog hooguit honderd mensen woonden. Toch was er nog een ‘Mairie’, een gemeentehuis met burgemeester. Dat is een beetje zielig want zo’n gemeente is wel erg klein. Maar wat is er mis met een gemeente van 5.000 of 10.000 inwoners? Een mooie schaal voor nog echt persoonlijk contact tussen bestuurders en inwoners. Maar dan wordt gezegd dat het door de toegenomen complexiteit van de regelgeving moeilijker wordt voor kleinere gemeenten, om de nodige kennis in huis te hebben. Dat wil ik geloven. Maar in plaats van dan maar te fuseren, kun je ook de regelgeving eenvoudiger maken. Lijkt me hard nodig, want als je tegenwoordig ambtelijke nota’s leest, dan word je uitermate bedroefd van het onbegrijpelijke jargon met heel veel wollige taal om heel weinig te zeggen.
Regeltjes en nog eens regeltjes, de maatschappij wordt er onleefbaar door. En de meest logische oplossingen van problemen worden verhinderd door regeltjes. Zo las ik van de week dat politiediensten in verschillende regio’s geen informatie over bepaalde verdachten naar elkaar mogen doorspelen in verband met de privacyregels. Waardoor die boeven gewoon ongestoord verder kunnen gaan met ons te bestelen en te bedreigen. Dat vind ik veel erger dan een burgemeester die het huis van de buren koopt en daar netjes voor betaalt.
Jo Cortenraedt