Het Sphinxkwartier: van pottemennekes tot levendigheid met een rauw randje
Maastricht staat voor dezelfde uitdaging als veel andere populaire bestemmingen in Europa: hoe verdeel je de bezoekersstromen op een manier dat iedereen daar baat bij heeft? Om een antwoord te vinden op deze vraag, werken vijf ‘kwartiermakers’ in het centrum van de Limburgse hoofdstad nauw met elkaar samen. Deel 1 van een vijfdelige serie: het Sphinxkwartier.
Neem het Canal Saint-Martin in Parijs. Steeds meer inwoners van de drukke metropool voelen zich op hun plek in dit bruisende, lommerrijke deel van de Franse hoofdstad. Maar ook bezoekers van buiten de stad weten het spannende stukje binnenstad steeds beter te vinden.
De ruim vierenhalve kilometer lange kanaalomgeving is een buurt met voor Parijse begrippen een ongekende hoeveelheid groen en gezellige oevers, waar het op zonnige dagen heerlijk toeven is. Het hele plaatje wordt gecompleteerd met gezellige cafés, restaurant, barretjes en bijzondere winkels. Niet het gemotoriseerd verkeer, maar fietsers, wandelaars en joggers maken er de dienst uit. En dat allemaal op nog geen anderhalve kilometer van de drukke omgeving van het Gare du Nord. Vanaf het nabij gelegen Gare de l‘Est is de afstand helemaal een eitje: in slechts een paar minuten wandel je ernaartoe.
Moeite van het ontdekken waard
Parijs en Maastricht zijn uiteraard onvergelijkbare grootheden. Toch kent ook het Maastrichtse stadscentrum met zijn Franse uitstraling tal van plekken die relatief onbekend zijn, maar desondanks de moeite van het ontdekken meer dan waard zijn, voor bezoekers, maar ook voor inwoners. Al die mooie, relatief onbekende stukjes stad, hebben met elkaar gemeen dat ze bij op wandelafstand liggen van meer bekende plekken als de Grote Staat en het Vrijthof, plaatsen waar het soms lijkt dat iedereen er op hetzelfde moment wil zijn.
Een gemiste kans, vindt Giulia Lana, voorzitter van de ondernemersstichting Sphinxkwartier. ,,Want als we met zijn allen een beetje ons best doen, is ook het bruisende Sphinxkwartier binnen afzienbare tijd een plek waar bezoekers van de stad niet langer omheen kunnen. Vergelijk het met soortgelijke gebieden in Nederland die de afgelopen jaren tot ontwikkeling zijn gebracht, zoals Strijp-S in Eindhoven, de Spoorzone in Tilburg en de NDSM-werf in Amsterdam-Noord. Dat zijn eigernlijk bestemmingen op zich geworden.”
Nieuwe kansen voor het centrum
Giulia is een van de vijf kwartiermakers die in nauwe samenwerking met Centrummanagement Maastricht richting geven aan allerlei nieuwe kansen voor het Maastrichtse stadscentrum. Het vraaggesprek met haar vindt plaats in The Social Hub, een bijzonder hotel annex ontmoetingsruimte in de voormalige Sphinx-fabriek, op minder dan een kilometer van het Vrijthof.
Mensen van alle leeftijden, studenten, maar ook uitoefenaars van beroepen die niet aan een vaste werkplek gebonden zijn, hebben hier, veelal uitgerust met een laptop en een bovenmaatse beker koffie, hun plek gevonden. Niet Maastrichts, maar Engels is hier de voertaal, maar wie er even voor gaat zitten, hoort een mengelmoes aan talen.
Giulia Lana hoort het met graagte aan. ,,Ik heb echt iets met dit gebied sinds ik zeven jaar geleden als stagiaire begon bij gebiedsontwikkelaar de RO groep”, vertelt de voorzitter van de ondernemersstichting Sphinxkwartier, terwijl ze haar blik laat glijden over de vele inrichtingselementen die herinneren aan een rijk industrieel verleden.
Het goede voorbeeld geven
Niet alleen het reusachtige Eiffelgebouw is er volop van voorzien, ook de andere gebouwen in de omgeving hebben de afgelopen tien jaar een ware metamorfose ondergaan. Een gegeven dat inmiddels genoegzaam bekend is bij studenten uit het buitenland en jongere Maastrichtenaren. Toch zou het de ondernemende Giulia een lief ding waard zijn als ook de oorspronkelijke inwoners van Maastricht er vaker zouden komen, vertelt ze. .,,Als het om spreiding gaat, kunnen Maastrichtenaren zelf het goede voorbeeld geven. Lang niet iedereen weet wat er in dit mooie deel van de stad allemaal te doen is.”
Dat onbekend ook in dit geval onbemind maakt, komt voor een deel doordat je hier vroeger eigenlijk niets te zoeken had, als je hier niet werkte. ,,Het was altijd het domein van de pottemennekes. Nu is het een gebied vol industrieel erfgoed, met tal van hoogstaande culturele voorzieningen en een fijn ondernemersklimaat. Verleden en heden komen hier op een fantastische manier samen. Het is een aantrekkelijk gebied, deels vanwege het rauwe randje, maar ook door zijn gastvrijheid, levendigheid, toegankelijkheid. Dit gebied heeft alles in zich om het tot een afzonderlijke bestemming in Maastricht te kunnen maken. We hebben een bioscoop, een filmhuis, een poppodium, winkels en horeca. Er is een – zeker ’s zomers – levendige binnenhaven en heel veel groen op kleine loopafstand.”
Giulia Lana
Spreiding is het toverwoord
De boodschap die Giulia dagelijks uitdraagt – en waarvoor ze bij alle actoren – winkeliers, culturele ondernemers en horeca – in de omgeving gehoor probeert te vinden (wat overigens steeds beter lukt) past helemaal in de opvatting van de Stichting Centrummanagement Maastricht dat het centrum van de hoofdstad van Limburg een kleurrijk pakket aan kwartieren herbergt, met veel potentie bovendien.
Sinds Astrid Verberne bijna twee jaar geleden aantrad als directeur van Stichting Centrummanagement Maastricht, is ‘spreiding’ het toverwoord. Inmiddels groeit bij de ondernemersverenigingen in het centrum de overtuiging dat de ontwikkeling van Maastricht als gastvrije, economisch vitale, duurzame en toekomstbestendige stad alleen maar mogelijk is als iedereen in het centrum daar een bijdrage aan levert.
Het besef mag er dan zijn, iedereen bij de les houden, is nog een hele opgave, aldus Giulia. ,,Er zijn stappen gemaakt, zeker als het gaat om de positionering van het gebied. Toch zou ik graag zien dat ondernemers in deze omgeving elkaar nóg beter weten te vinden. We kunnen als gebied veel verder komen als we elkaar opzoeken en waar nodig ondersteunen, onder meer door onze huisstijl, die zich heel goed heeft ontwikkeld. Als collectief worden we bovendien beter gehoord. Dat vraagt Centrummanagement, maar ook de gemeente. Hierdoor zijn we als collectief beter in staat zijn om sneller resultaten te boeken dan vier of vijf jaar geleden. Bijvoorbeeld op het gebied van vindbaarheid – zowel on- als offline – en bewegwijzering. Dat laatste wil zeggen dat er naast de borden waarop staat ‘centrum’, ook borden moeten komen met aanduidingen als ‘Sphinxkwartier’ en ‘Radium’, zodat bestemmingsverkeer ook direct zijn weg vindt.”
Sphinxkwartier als congresdestinatie
Ook de gemeente en aan de gemeente gelieerde organisaties kunnen een flinke spreekwoordelijke duit in de zak doen, onder andere door het Sphinxkwartier wat beter in de markt te zetten als destinatie voor zakelijke evenementen en congressen, vindt Giulia. ,,Lang niet iedereen voelt zich senang bij het MECC als congreslocatie. Het Maastricht Congres Bureau (MCB) omarmt onze visie. Ook wij kunnen alles bieden. Iedereen kan hier slapen, is het niet in dit hotel, dan wel in een van de hotels in de Boschstraat. Maar het allermooiste is: je bent van hieruit zo in andere prachtige delen van het centrum.”