Restyle La Butte aux Bois: een nieuw juweel voor Jochen Leën
„La Butte aux Bois is het eerste en enige vijfsterren superior hotel in Vlaanderen. We hebben een restaurant met twee Michelin-sterren, een officieel erkend Shiseido-instituut en daarnaast nog vele, grootse plannen. Ons landgoed is niet voor niets een begrip in Vlaanderen en ver daarbuiten.” Aan het woord is eigenaar en juwelenontwerper Jochen Leën, die eind 2020 het stokje overnam van oprichter Eric Bullens. Leën was geen onbekende van ‘La Butte’. De geboren en getogen Lanakenaar had er al sinds 2008 zijn eigen vitrines, en sinds 2010 een kantoor. Maar dat betrof zijn juwelen. Het runnen van een superior hotel is toch net wat anders. „Klopt, ik dacht: dat doe ik wel even. Maar dat viel toch nog best tegen”, lacht Leën.
Lichtovergoten binnenplein
De overname vond plaats midden in de lockdown, met geen enkel duidelijk zicht op heropening. Leën besloot van de nood een deugd te maken en de gewenste verbouwing die hij voor ogen had voor het landgoed, meteen uit te voeren. Want hoewel La Butte stijlvol en klassiek was, was het tegelijkertijd ook wel wat gedateerd. Als kunst-, vintage- en designliefhebber had de nieuwe eigenaar zo zijn eigen ideeën over hoe het beter kon. Er kwam verder geen architect of interieurontwerper aan de verbouwing te pas – alleen zijn team en de vaste aannemer. Leën vertelt: „Het landgoed dateert uit 1924, destijds gebouwd voor Ridder Lagasse de Locht en zijn familie. Oorspronkelijk had het een open binnenplein, dat in de loop van de afgelopen eeuw betrokken werd bij het interieur. Zonde! Dat kreeg dus als eerste onze aandacht, we wilden het open hebben, zodat het weer in verbinding stond met buiten. Het dak werd afgebroken en de verlaagde plafonds verwijderd. In plaats daarvan kwam er licht, mede dankzij een zes meter hoge plafond-constructie van glas.”
Het oog van een liefhebber
De mooie open, lichte ruimte biedt nu onderdak aan de nieuwe bistro ‘Nduja by Ralf, die sinds juni 2021 geopend is. Maar er werd meer onderhanden genomen. Ook het tweesterrenrestaurant onder leiding van Ralf Berendsen, de bar en entree kregen een restyling. Elk in een eigen stijl, maar steeds in harmonie, passend bij de ruimte en het geheel. Kenmerkend voor de stijl in heel het hotel is de kunst van – vaak jonge – internationale kunstenaars en het design uit de jaren zestig en zeventig. Leën vertelt er als liefhebber gepassioneerd over. „Ik houd van verschillende vormen van kunst. Ik wil dat kunstliefhebbers als ze hier komen hun ogen kunnen uit-kijken. Want, of het nu een modern juweel of een oude designtafel uit de jaren zestig is, een echte liefhebber heeft oog voor alles.” En dat oog heeft Leën duidelijk zelf ook. Niet alleen is er in elke hoek of nis wel een designmeubel of accessoire te spotten, ook zijn voor-liefde voor mineralen en juwelen is niet te missen.

Dineren onder een klomp goud
Er werd even getwijfeld over wat er nu aan de muur van het restaurant moest komen. Mooie kunst? Maar welke werken? Leën besloot driedimensionaal te denken. ‘Wat nu als mensen een echt stuk Mars, aarde of goud uit de muur zouden zien komen?’, opperde hij. Dat idee werd uitgewerkt, en zo kan het zijn dat je bij Ralf Berendsen dineert onder een klomp ruw goud. Zomaar een ludiek plan van Leën en consorten. Outside the box, maar het werkt. Wanneer je houdt van dit soort curiositeiten is dineren in de Wunderkammer zeker een aanrader. „We bieden in deze ruimte private dining aan. Hierbij worden de gasten tijdens het sterrendiner vergezeld door een edelsteenkundige, die de curiosa in de kamer toelicht en telkens een ander soort mineraal de revue laat passeren. Zeker niet alledaags, maar voor de liefhebber is er niks mooiers dan dit.” De geheime deur in de kamer die rechtstreeks verbindt met de sterren-chef is er eentje waar 007 jaloers op zou zijn.

Moswand als plattegrond
Het moet gezegd worden: er is steeds iets nieuws te zien, en daarbij zijn het echt de details die eruit springen. Zo is de ontbijtzaal voorzien van een enorme moswand. Op zich al mooi, maar, vertelt Leën, het is niet zomaar een moswand. „Je loopt vanuit onze voordeur zo het natuur-gebied Hoge Kempen in, iets waar veel mensen speci-aal voor komen. Ze genieten van de rust van de natuur en maken er mooie wandelingen. De moswand is een weergave van het gebied van bovenaf gezien, de kleur-verschillen zijn een weerspiegeling van het bos, de paden en het water. Zo kun je bij het ontbijt in principe al je route uitstippelen die je die dag wilt lopen.”
Een dag eindig je bij La Butte in de nieuwe bar, die duidelijk geïnspireerd is door het donkere decor uit de ja-ren vijftig en zestig. Sfeervol en duister; perfect om een avond in door te brengen. Na een lange dag moet er ook goed geslapen worden. De 59 kamers die het landgoed rijk is doen niet onder voor de rest van de beleving. Of je nu kiest voor een kamer in het manoir, een villa of de Missoni-suite: aan luxe zal het niet ontbreken. Na de natuur, de wellness, het sterrendiner en een cocktail met een beetje jazzmuziek de luxe van je eigen suite opzoeken. Wat is er dan nog te wensen? Wij zouden zeggen: niets.
Paalsteenlaan 90 Lanaken (BE) – labutteauxbois.be