Blog Jo Cortenraedt|Society

Verplicht gezond leven

Auteur: Jo Cortenraedt

Toen ik decennia geleden, al zo’n beetje vanaf m’n twintigste, ging opletten op wat ik at, werd ik door menigeen versleten voor een geiten-wollen-sokken type. Die link was gauw gelegd met m’n toen wat langere haren en altijd casual kleding. Want dat laatste hoorde zo als je op een krantenredactie zat, dan hoorde je niet ‘netjes’ gekleed te gaan, want dan was je iemand van het esthablisment en dat kon sowieso niet.  

Op het gebied van voeding was ik al vroeg redelijk bewust en wel om twee redenen: de smaak en de moraal. Door vooral biologische producten te eten (uit eigen tuin en bij speciaalwinkels) ondervond ik het plezier van meer natuurlijke smaken en bovendien deed ik op die manier niet mee aan de mijns inziens slechte behandeling van dieren in van die industriële stallen, volgespoten met anti-biotica. Ik heb altijd het idee gehad dat de menselijke maat het beste is.

Het wil niet zeggen dat ik op alle fronten de Heilige Jozef was. Twee jaar lang heb ik meegedaan met de rage om shag te roken. Zo’n pakje Drum stak dan stoer uit de zak van je spijkerjasje. Totdat ik op een ochtend zoveel moest hoesten, dat ik tegen mezelf zei, hou op met die onzin, je wordt er doodziek van. Sindsdien heb ik geen sigaret meer aangeraakt. Wél in Cuba nog eens een heuse Cohiba-sigaar. Omdat ik die niet ‘over de long’ rookte, meende ik dat dit geen probleem kon zijn. En in combinatie met dat glas rum was het alleszins aangenaam. Maar toen de sigaar op was, heb ik een halve dag in bed gelegen, zwak en misselijk.

Alcohol drink ik sinds mijn tienerjaren. In het verleden was het een onderdeel van stappen en erbij horen, maar ook op dat terrein ben ik vrij snel overgeschakeld van puur consumeren naar vooral proeven en genieten. Van een speciaalbier en zeker van mooie wijn. Geen automatisme, als het even kan door de week niks, maar in het weekeinde of bij restaurantbezoek absoluut een feest.

En verder prop ik me niet vol, eet geen fastfood en denk na bij wat ik in mijn mond stop. En dáár gaat het om: IK DENK NA. Dat hoeft de overheid niet voor mij te doen. Die bemoeit zich al met zóveel andere zaken in mijn leven, waar ik ook nog flink voor moet betalen. En nu komt dan staatssecretaris Blokhuis van de ChristenUnie, toch al zo’n moralistische club, en die gaat me vertellen wat ik moet eten en drinken. Roken mag sowieso niet. Doe ik ook niet, lijkt me heel slecht. Maar ik vind het wel ver gaan dat rokers als criminelen worden opgejaagd. Terwijl de echte criminelen fluitend rondlopen, genietend van een goede sigaar of een stickie in de coffeeshop, want jawel hoor, daar mag je dan wél roken.

De overheid wil me gaan vertellen hoeveel gram vlees ik per dag maximaal mag eten, hoeveel wijn ik maximaal mag drinken, en ga zo maar even door.

In al die jaren dat ik al zo biologisch bezig was, heb ik van de overheid niks gehoord. Nu ineens hebben ze het gezonde eten ontdekt, en worden er meteen regels opgelegd. Dit moet, dat mag niet.

Kom op zeg, de burgers worden als kleuters behandeld. Natuurlijk vind ik het belangrijk dat mensen gezonder gaan leven, ik probeer mensen in mijn omgeving met wat eenvoudige informatie daarvan ook bewust te maken. Maar je moet ze dat niet door de strot duwen, de overheid al helemaal niet.

Kom met goede voorlichting, probeer de supermarkten en horecagelegenheden mee te krijgen. Moedig voor mijn part aan met premies biologische producenten aan. Maar ga niet van alles verbieden.

Trouwens, als ik zo naar die beelden in de Tweede Kamer kijk, dan heb ik niet de indruk dat er daar veel volksvertegenwoordigers zitten die een gezonde levensstijl erop na houden.

Zo, genoeg geschreven, ik ga het diner van vanavond voorbereiden en in de kelder kijken welke wijn daar het beste bij past. Santé !

 

Jo Cortenraedt

 

Deel dit artikel:
Meer artikelen over:
Blog Jo Cortenraedt, Society

Gerelateerd nieuws