Mensen van 90
In deze periode praat ik veel met mensen van rond de 90 jaar. Ja, dat is een behoorlijke leeftijd. De gesprekken hebben een speciaal doel, namelijk dat we bezig zijn met een productie van een boekwerk voor de gemeente Eijsden-Margraten over 75 jaar herdenking van de bevrijding aan het einde van de Tweede Wereldoorlog. Het wordt een naslagwerk, dat het midden houdt tussen een magazine en een klassiek boek.
Persoonlijke verhalen zullen de hoofdmoot vormen. We gaan niet de hele geschiedenis van A tot Z nog eens helemaal opnieuw schrijven, dat is al vaak en doorgaans goed gedaan. Het gaat dus met name om de menselijke verhalen. voor een belangrijk deel van mensen die het zelf nog hebben meegemaakt. Dat zijn er niet zoveel meer. En dan kom je al gauw in de leeftijdscategorie rond de 90 jaar.
Zo had ik een telefoongesprek van anderhalf uur met een veteraan uit Texas, die op 12 september 1944 te voet Nederland was binnengekomen, bij Mesch. Zijn voet was gebroken, maar er was geen tijd om die te opereren. Gewoon doorgaan.
Ik en enkele van mijn collega’s gingen op bezoek bij ooggetuigen die hier nog in de regio wonen. Het viel me op dat ze nog zoveel wisten, zo heel veel jaren later. Het had zoveel indruk op hen gemaakt, de oorlog en de bevrijding, dat ze een aantal gebeurtenissen nog als de dag van gisteren voor zich zagen.
Het zijn leerzame gesprekken. Want wat hebben in de eerste plaats die Amerikaanse bevrijders moeten doorstaan? Die hadden al het geluk dat ze niet meteen op de stranden van Normandië werden neer gemaaid en dan moesten ze onder moeilijke omstandigheden oprukken richting België en Nederland. Jongens van pakweg 18 jaar die om zich heen vrienden zagen vallen. Ze vochten voor hun leven en voor dat van onze voorouders.
Nadien moesten velen van hen nog onverwacht terug naar de Ardennen voor het beruchte offensief waar ze onder erbarmelijke omstandigheden van kou, zonder eten en zonder adequate medische verzorging in een hel terechtkwamen.
Als je dan zo’n overlevende uit Texas aan de lijn hebt die dan op z’n 94e zegt: ‘we moesten het doen, het was nodig’, dan ben je even stil.
De Zuid-Limburgse ooggetuigen kenden veel angsten, maar ze beseffen ook dat ze het in verhouding niet eens zo heel slecht hadden. Althans, ze kenden geen hongerwinter, en relatief werd er hier bij de bevrijding niet zo gek veel gevochten. Los van het militaire aspect, de mensen hadden weinig. Wel genoeg te eten, want de meesten waren boeren. Maar verder was het armoe tot en met.
Niettemin, ze waren content en toen de bevrijding kwam, dolblij van vreugde. Nu nog beseffen ze hoe 75 jaar geleden een geschiedenis werd geschreven, die ons de vrijheid heeft gebracht. En ze klaagden niet. Toen niet en nu niet.
Hoe anders is het als je nu hoort en leest waar mensen zich vandaag de dag allemaal druk over maken. Waar ze ruzie over hebben, waar ze problemen over maken. Nee, je gunt niemand een oorlog, maar een beetje meer tevredenheid, al was het maar met de vrede an sich, dat zou wel op z’n plaats zijn.
Jo Cortenraedt