Deze keer kerstlampjes in kleur
Het jaarlijkse ritueel gaat weer beginnen, het optuigen van de kerstboom. We wachten niet eens totdat Sinterklaas voorbij is. De kinderen geloven er al lang niet meer in en in menig landen beginnen ze er gewoon begin december mee. Maar deze keer is er een fundamentele verandering. De sierlijke kaarsjes met witte lampjes worden vervangen door zo’n hele rits aan piepkleine gekleurde lampjes.
Ik liep er tegenaan in zo’n tuincentrum waar je in deze periode bijna geen bloemen of planten meer tegenkomt, alles is kerstmis wat de klok slaat. De boom komt daar niet vandaan, die halen we altijd in de buurt bij zo’n adres waar je je afvraagt wat ze voor de rest van het jaar doen. Maar in ieder geval hebben ze er mooie hoge bomen. Want we gaan er helemaal voor. Vanwege het hoge plafond in de woonkamer kunnen we een boom van pakweg vijf meter best aan. En dan doen we dat ook.
Dat vergt enige organisatie, want die gooi je niet in je kofferbak. Er moet een serieuze aanhanger aan te pas komen om het gevaarte te vervoeren. En stabiliseren is een hele klus, want stel je voor dat die op een gezellige avond met ballen en al op je kop valt.
Het versieren begint met de verlichting en dan een serieuze hoeveelheid ballen en ander materiaal. Daar hebben we een flinke laddertrap bij nodig, maar het lukt om de piek er bovenop te zetten. Ja, natuurlijk nemen we een echte boom. Zonde voor de natuur misschien, maar we planten zelf nogal wat, dus qua geweten valt dat mee. En aan een plastic boom kunnen we niet wennen. Bovendien is er al meer dan genoeg ‘plastic soup’.
We zetten er een heuse kerstkribbe onder, met beelden en al, inclusief de drie koningen oftewel de drie wijzen, die vanuit het oosten onderweg zijn. Menigeen zal dat kitsch vinden, of misschien al te ernstig religieus. Nee, we maken verder van de kamer of van het huis ook geen Las Vegas met een lichtshow van hier tot ginder.
Het heeft meer met een bepaalde traditie te maken die je van kinds af aan mee krijgt. En onze kinderen vinden dat prima zo. Een en ander is wel veranderd. Mijn vader plaatste, bij gebrek aan kerstverlichting toen, echte kleine kaarsjes op houdertjes in de boom. Die werden dan één keer een paar minuten ontstoken. Dat zag er uit als een klein wonder. Voor de rest van de kerstdagen bleven de lichten gedoofd. Veel te gevaarlijk.
De eerste elektrische lampjes waren gekleurd. Heel fancy. Maar die raakten daarna uit de mode. Het mochten alleen nog witte lampjes zijn, dus ook bij ons. In mijn ouderlijk huis bekleedden we de kribbe nog met rotspapier. Het landschap er omheen zag er een beetje uit als in het Beloofde Land. Geen autowegen, alleen ezelpaden en struikgewas.
Ik ben die boom en die kribbe altijd blijven installeren, elk jaar weer. Want het is voor kinderen iets magisch, vol fantasie. En je kunt verhalen erbij vertellen. Tegenwoordig noemen ze dat ‘storytelling’ waar handige bureaus veel geld voor vragen. Maar verhalen worden al duizenden jaren verteld, niks nieuws onder de zon.
De keuze voor de kerstlampjes in kleur is overigens geen gebaar naar meer diversiteit in onze maatschappij, het is gewoon de wens van onze dochter, vond ze wel leuk zo na al die jaren witte kaarsjes. Gelukkig hebben we niet gekozen voor de discovariant, met lampjes die aan en uit flikkeren.
Jo Cortenraedt