Openingsconcert Internationaal Festival Vocallis: zang met hart en ziel
Het openingsconcert van Internationaal Festival Vocallis liet de 150 toeschouwers horen hoe sterk de kracht van het lied is. Het liederenprogramma van sopraan Lenneke Ruiten begeleid door pianist Thom Janssen kwam zaterdag in alle puurheid ‘binnen’ bij de bezoekers van het Asta Theater in Beek.
Een zeer geslaagde opening voor een festival dat de stem centraal stelt. Officieus ging het festival al een weekend eerder met zang van start, met een tweekorenconcert in Kelmis. Daarna volgden een carillonconcert vanuit het torentje van het Maastrichtse stadhuis, een concert over het Verdrag van Maastricht door een strijkkwartet in de Luthersekerk in Maastricht en een symposium over muziek en wetenschap op diezelfde locatie. Het geeft aan hoe het festival zich verbreed heeft op weg naar deze elfde editie. Op diverse manieren wordt gezocht naar het juiste kader bij de ‘stemmige muziek.’

Vocallis-voorzitter Reg van Loo haalt in zijn openingsspeech de Griekse wijsgeer Aristoteles aan die al wist dat muziek kan zorgen voor bevrijding van hart en ziel. Maar ook de context waarin een concert plaatsvindt is belangrijk vertelt hij aan de hand van een anekdote. Daarbij gaat het om plaats van handeling en gedeelde emotie zo zei hij. Met beide zit het goed in Beek. Dat ligt zowel aan de ambiance van Asta, een mini-concert zaal met een prachtige akoestiek, als aan de manier waarop de liederen worden vertolkt door zangeres en pianist.
Voor de pauze is minder bekend en moeilijker toegankelijk repertoire te horen van de Franse componisten Duparc (1848-1933) en Chausson (1855-1899). Een hand-out van de organisatie is dan meer dan welkom. Daarin staat veel interessants te lezen over de stijl maar ook de bizarre levensloop van de componisten. Chausson overleed jong door een tragisch fietsongeval en de zenuwzieke, Duparc vernietigde het grootste deel van zijn composities. Lenneke Ruiten geeft à improviste nog wat toelichting op de getoonzette emotionele gedichten. Genoeg ondersteuning voor de toeschouwers om in absolute stilte te genieten van de sferische Franse werken. Daarbij helpt dat de sopraan niet alleen met haar schitterende stem maar ook met enkele subtiele gebaren laat zien hoe ze de liederen doorleeft. Het deel na de pauze behelst liederen van componist Richard Strauss (1864- 1949). Romantische muziek met ‘een lagere instap’ en niet alleen populair blijkt bij Radio 4 publiek. Vermakelijk is de uitleg van Ruiten bij Traum durch die Dämmerung, een compositie die tot stand kwam na een ruzie met zijn echtgenote en operasopraan Pauline Maria Strauss-de Ahna waarbij de ramen trilden. Strauss zou zich erna hebben opgesloten op zijn werkkamer om er een van zijn meest verstilde composities te schrijven.

Na een applaus met staande ovatie, volgen twee toegiften en is Internationaal Festival Vocallis officieel geopend verklaard. Artistiek leider Gert Geluk is trotst dat hij deze veelgevraagde top- vocaliste wederom naar zijn festival heeft kunnen halen. Ook met haar optreden met Debussy-werk, in samenwerking met het Ruysdael kwartet, enkele jaren geleden te zien bij Vocallis, oogstte ze veel succes. Gevraagd naar een favoriet uit de reeks aan concerten de komende weken zegt hij lastig te kunnen kiezen. Na een korte denkpauze en laag uit de keel pratend: „ik verheug me bijzonder op de bas-barriton klank van Jussi Juola in De kracht van de Scandinavische Romantiek, woensdag 26 oktober in Boekhandel Dominicanen Maastricht”.
In de kleedkamer is hoofdrolspeler van de avond, zangeres Lenneke Ruiten al bijgekomen van de anderhalf uur durende recital. Ze vertelt dat ze in haar carrière twaalf jaar lang liederen heeft gezongen voordat ze veel gevraagd werd voor opera-rollen. Met Thom Janssen op piano kan ze ‘lezen en schrijven.’ „Al twintig jaar is Thom mijn vaste begeleider. Ik ben freelance operazangeres en werk door heel Europa. In feite ben ik hier op doorreis naar Straatsburg waar ik Die Zauberflöte ga doen. Het was een heel erg leuke avond in Beek, zo dichtbij de mensen. Het is heel anders om in een operazaal te staan voor 2000 mensen of hier voor 150. Ik weet dat veel collega’s zich ‘naakt’ voelen zonder orkest achter zich of zonder rol om zich in te verschuilen. Voor mij is het ongeveer hetzelfde omdat ik in mijn operawerk niet probeer te over-acteren. Ook de liederenvertolking probeer ik nooit te theatraal te maken. De liederen zijn zo krachtig dat ze weinig opsmuk nodig hebben om je te raken”.
