De natuurschoonwet voor fiscaal voordeel
Als ik in de gelegenheid ben tv te kijken, dan is ‘Liefde voor het landgoed’ wel een programma dat ik met interesse volg. Logisch vanuit mijn vak als rentmeester. Maar ik moet de makers een compliment geven dat het niet alleen romantiek is wat je te zien krijgt, maar dat ze ook de realiteit tonen, namelijk dat het tegenwoordig een hele opgave is om zo’n landgoed in ere te houden.
Als je een kasteel of domein op het eerste oog ziet, dan denken veel mensen al gauw aan deftige adel, aan mensen die daar genieten van thee uit porseleinen kopjes en goede wijn uit kristallen glazen. Dat zullen ze af en toe wel doen, maar het is tegenwoordig vooral hard werken om alles te onderhouden. En sterker nog, om het überhaupt in bezit van de familie te houden. Dat is wat veel generaties van dezelfde familie als een opgave zien, om dat familiebezit te koesteren. Daar zit passie in. Maar de uitdagingen voor hen zijn steeds groter geworden. De kosten van onderhoud zijn enorm gestegen, om over de energieprijzen maar te zwijgen.
Daar komt bij dat veel landgoederen in de loop der eeuwen kleiner zijn geworden, omdat het budget om die kosten te betalen vaak werd gehaald uit de verkoop van stukken grond. Maar dat houdt een keer op natuurlijk. Anderzijds is er ook altijd het onderwerp belastingen bij de overdracht aan een volgende generatie. Dat kan voor menige familie erg zwaar worden.
Vanuit ons bedrijf hebben wij gelukkig veel kennis en ervaring opgebouwd om deze families daarbij zoveel mogelijk te helpen. Een van de instrumenten is de natuurschoonwet, die al dateert van 1928. Bijna een eeuw dus, maar nog altijd een interessante optie voor fiscale voordelen. Het komt erop neer dat wanneer je minimaal 30 % van je landgoed van minstens vijf hectare natuur maakt, dat je dan wordt vrijgesteld van erfbelasting, om versnippering tegen te gaan.
Wij wijzen onze relaties daarop en begeleiden hen daar ook in. We komen het niet alleen tegen bij kastelen, maar tegenwoordig zeker ook bij grote boerderijen. Veel boerenbedrijven staan voor het dilemma om wel of niet te sluiten. Maar wat dan? Wat wordt een nieuw economisch model? Bijvoorbeeld het stallen van campers of klassieke auto’s, of een deel van de boerderij ombouwen tot appartementen of B&B? Moet het eigendom opgesplitst worden? Het kan allemaal en voor zo’n herbestemming zijn er veel regelingen en subsidies. Tegenwoordig praten wij veel met boeren over thema’s zoals piekbelasting, vooral in Limburg en Brabant. Wij stellen de juiste vragen die deze families moet helpen een juiste beslissing te nemen. En we begeleiden het vervolgtraject.
Maar niet alleen bij boerderijen. Neem nou zo’n icoon als Château Neercanne, dat de familie Oostwegel in erfpacht heeft bij Limburgs Landgoed. De nieuwe generatie wil daar ook weer goede afspraken over maken en daar worden wij vanwege onze knowhow bij betrokken om het beste advies te geven inzake zo’n parel als cultureel erfgoed.