Zomeropera Alden Biesen kiest opnieuw voor aangepast programma
De Zomeropera in Alden Biesen komt dit jaar voor de tweede keer op rij met een aangepast programma. In plaats van een grootscheepse uitvoering van Pucinni’s Madama Butterfly, waarmee de organisatie de aankomende 24ste editie had willen uitpakken, is net als vorig jaar gekozen voor een bescheidener opzet: geen volledige opera, maar het verhaal achter Villa Lehár, de beroemde villa in het Oostenrijkse Bad Ischl, waar de Oostenrijk-Hongaarse componist vaak de zomer doorbracht en een aantal van zijn beroemdste werken componeerde, waaronder de operette Die Lustige Witwe.
Dat de plannen voor Madama Butterfly zijn geschrapt, heeft alles te maken met het feit dat de organisatie het financieel en organisatorisch niet heeft aangedurfd om een grootscheepse productie in huis te halen, zelfs nu de Covid-pandemie op haar laatste benen lijkt te lopen. Het zou de duurste productie uit de geschiedenis van de Zomeropera worden. Mocht het ergens misgaan – bijvoorbeeld omdat mensen het nog niet aandurven om grootschalige voorstellingen te bezoeken – dan zou dat onvermijdelijk het faillissement van het populaire muzikale evenement betekenen.
Tijdens de concerten in mei en juni wordt het podium op de binnenplaats van Alden Biesen aangekleed met spullen die allemaal iets hebben uit te staan met Villa Lehár, en op die manier een aanknopingspunt vormen voor de werken die ten gehore worden gebracht. Zo is een borstbeeld van Lehárs leermeester Antonín Dvořák een reden om het lied Song To the Moon, uit de spookjesachtige opera Rusalka in de programmering op te nemen. Ook andere kleinoden, zoals het dirigeerstokje van Johann Strauss jr., hebben de organisatie op het ideeën voor mooie vertolkingen van klassieke werken gebracht.
Het concert, waarvoor vanaf 1 maart tickets kunnen worden gereserveerd, is dertig keer te zien en te beluisteren. Er is telkens plaats voor maximaal 250 personen.
Kasteelstraat 6, Bilzen (BE) – Alden-Biesen.be