TEFAF impuls voor de kwaliteit in Maastricht en regio
Ja, de stad en de regio zijn blij met de kunstbeurs TEFAF Maastricht. Immers, dat je de meest prestigieuze beurs ter wereld mag ‘hosten’, dat is grote mazzel. In de jaren zeventig bedacht door enkele heren uit de regio, die zich toen al met kunst bezighielden. Pas in 1988 kreeg het festijn de naam The European Fine Art Foundation. Een slimme naam. Niks ‘Netherlands’, hups meteen heel Europa. Soms moet je posities claimen voordat anderen dat doen.
De ambities waren groot, al had in de beginfase niemand gedacht dat zelfs de grote beurzen van Parijs en Londen voorbij zouden worden gestoken. In die tijd hadden de meeste bewoners in de regio eigenlijk niet echt een idee wat er nou precies gaande was in MECC Maastricht. Er stonden uitzonderlijk veel dure auto’s op de parking aldaar, met veelal buitenlandse nummerplaten. En binnen was er ‘iets met kunst’, dat was vooral voor de happy few. Al hadden de kunstliefhebbers uit de eigen regio wél snel in de gaten dat hier iets magisch aan de gang was. Gangen vol met wereldkunst, die je normaal alleen in de beroemdste musea kunt vinden. Inmiddels is er een breed besef in de Euregio dat dit evenement van groot belang is. Er is eens berekend dat de regionale economie er jaarlijks zo’n 25 miljoen euro aan overhoudt. Och, het kan een paar miljoen meer of minder zijn, het is in ieder geval heel wat. Maar nóg meer van belang is misschien wel de impact als het gaat om het imago van Maastricht Region. Want door zo’n beurs kom je wereldwijd in een interessante doelgroep toch maar mooi op de kaart. Als ze nog nooit van je gehoord hebben, dan wordt het lastiger om bijvoorbeeld internationale congressen of bedrijven hiernaartoe te halen. Er zijn zeker nog mensen die denken dat TEFAF alleen maar ‘voor de rijken’ is. Qua eventuele aankoop van kunst aldaar zou dat kunnen kloppen, hoewel er ook al mooie dingen te krijgen zijn voor de prijs van een leuke tweedehands auto. Het is maar waar je voor kiest. Maar je kunt er op z’n minst naartoe gaan om je ogen uit te kijken, dat kost een stuk minder dan een groot concert of festival. En je ziet er bij wijze van spreken net zoveel topkunst als in Het Louvre of het Rijksmuseum. Om zo’n beurs hier ook in de toekomst te kunnen houden, heb je draagvlak en voldoende faciliteiten op internationaal niveau nodig. Gelukkig is er het pas opgeknapte MECC. De komst van nieuwe tophotels wordt door de TEFAF-organisatie toegejuicht want een klacht van nogal wat kunsthandelaren was een te klein aanbod in het hoogste segment, die van 5-sterren en 4 plus-sterren. Met het argument dat het te druk wordt in Maastricht, is er her en der ook kritiek op die hoteluitbreiding. Naar mijn idee zijn dat twee verschillende zaken. Dat de Limburgse hoofdstad op een aantal dagen wel erg veel bezoekers en toeristen ontvangt, zou afbreuk doen aan de kwaliteit van de stad. En deels is dat ook wel zo. Het zorgt voor rommel, verkeersopstoppingen en meer van die zaken. Terwijl lang niet alle bezoekers hier veel geld achterlaten. Wil je die kwaliteit dus versterken, dan moet je juist investeren in topvoorzieningen. Daar horen ook tophotels bij. En als het te druk wordt, moeten er misschien wel minder vergunningen worden afgegeven voor fastfood-zaken en lowbudgethotels. Want die vind je overal, daar kan de stad zich niet mee onderscheiden. In Amsterdam is het nog veel drukker dan in Maastricht, en dat zorgt voor nogal wat overlast voor bewoners. Maar dat ligt niet zozeer aan de 5-sterren hotels daar, maar aan de talloze coffeeshops, de fastfoodzaken en de Wallen, waar uitgebuite vrouwen zich in de etalage verkopen. Daar trek je het verkeerde publiek mee. Van de gasten die naar het Rijksmuseum of het Concertgebouw gaan, zul je als bewoner weinig last hebben. En van de TEFAF-bezoeker in Maastricht ook niet. Kwaliteit dus, daar gaat het om.
Wil je die kwaliteit versterken, dan moet je juist investeren in topvoorzieningen
