Venetië: een romantisch weekendje weg
Ik vroeg me op voorhand af: is Venetië écht zo mooi als ik het me inbeeld, of heeft het massatoerisme het overgenomen? Kun je er nog verdwalen door de steegjes en typisch Italiaanse taferelen tegenkomen, of wordt er meer Engels gesproken? Na een romantische citytrip van twee nachten, bevestig ik: deze drijvende stad is een levend kunstwerk, nog doordrenkt van lokaal leven. Ik ben verliefd!
De glamour van vervlogen eeuwen hangt nog in de lucht, majestueuze paleizen pronken boven het kabbelende water van de grachten en de tijd staat hier een beetje stil. Dat is wat me overvalt, wat ik voel, wanneer ik Venetië binnenwandel. De watertaxi zet me af bij de halte ‘Zattere’. Met enkele waterspetters op mijn gezicht zet ik voet aan wal op een bestemming die al jarenlang op mijn bucketlist staat. Het is september, volgens verschillende sites de ideale periode om Venetië te ontdekken. Nog 200 meter wandelen en ik kom, midden in het centrum, aan bij mijn verblijf voor dit weekend. Hotel Nani Mocenigo Palace. Oftewel een historisch paleis uit de vijftiende eeuw, waar destijds een toonaangevende familie woonde. Reis met me mee naar de hoogtepunten van deze trip!
Als een prinses in Venetië
Tijdens een tripje naar Venetië met alles erop en eraan, mag een verblijf in een typisch Venetiaans palazzo niet ontbreken. Ik koos voor een pareltje van zo’n palazzo: Hotel Nani Mocenigo Palace. Bij het binnenwandelen weet ik niet waar ik het eerste naar moet kijken: de schilderijen aan de muur, de gigantische lusters aan het plafond of de vriendelijke receptionist. Wauw, je voelt meteen dat op deze plek heel veel gebeurd is. De muren ademen verhalen. Twee nachten waan ik me als een prinses in een gigantische suite die uitkijkt op de kanalen van Venetië.
Het hotel heeft al het moderne comfort dat je verwacht, maar is tegelijkertijd ingericht met klassiek Venetiaans meubilair. Leuk is dat je op de benedenverdieping kunt genieten van een binnentuin en bijhorend terras, wat vrij uniek is voor hotels in het centrum. Restaurant La Bauta serveert er ‘s avonds het beste van de lokale keuken. Nani Mocenigo Palace ligt trouwens in het Dorsoduro-district, een van de rustigere en rijkere delen van Venetië. Deze wijk staat bekend om haar musea, kunstgalerijen en smalle straatjes. Met andere woorden: de ideale uitvalsbasis voor mijn citytrip.
Ochtenden met een gouden randje
Ik word wakker in mijn gigantisch grote kamer wanneer er een verdwaald streepje licht door de gordijnen schijnt. Hoe vroeg het ook is, ik kan niet wachten om Venetië te ontdekken. De roze lucht verraadt dat de zon zich snel zal laten zien. Dit moet mijn mooiste moment tijdens deze trip zijn: zonder plan verdwalen tussen de steegjes, op zoek naar… helemaal niets. Tot rust komen in een allesbehalve rustige stad. Gondeliers maken hun gondels schoon, terrassen worden opgezet en het San Marco plein moet ik enkel met enkele duiven delen. Ik bestel een cappuccino op het gezellige plein Campo Sant’Anzolo en iets verderop bestel ik voor het eerst enkele cicchetti. Specialiteit van Venetië. Op zich stellen de sneetjes witbrood met daarop lokale ingrediënten niet zo heel veel voor, maar met zicht op de steeds drukker wordende grachten smaakt het net iets beter. Mijn tip: plan niet te veel tijdens deze ochtendwandeling, maar bezoek wel ‘Punta della Dogana’ voor een mooi uitzicht op de stad.
Iconische lunch
Wanneer de lunchtijd aanbreekt, verplaats ik me naar het eiland Giudecca – een ander deel van de stad. In het iconische Hotel Cipriani by Belmond ligt namelijk Cip’s Club, heaven on earth voor foodies. Recht tegenover het San Marcoplein heeft dit restaurant een spectaculair uitzicht over de stad. Met een Bellini in de hand – wist je trouwens dat dit drankje in Venetië werd uitgevonden? – knijp ik eens in mijn arm. Wat een plek! Op mijn bord passeren verfijnde gerechten, allemaal bereid met de grootste precisie en aandacht voor lokale ingrediënten. Van de verse carpaccio droom ik nog altijd.
Verdwalen tot zonsondergang
De avond valt. Niets fijner om het ook dan op een verdwalen te zetten. Ik merk dat de meeste toeristen terug naar hun hotel zijn, de stad begint rustiger te worden. Gondeliers brengen hun fraaie gondels terug naar hun standplaats, marktkramers ruimen hun spullen op. Een heerlijk moment om enkele locals op de foto te zetten, iets wat ik de laatste tijd steeds liever doe. Ik hou halt op de Ponte dell’Accademia als de zon bijna verdwijnt. Misschien wel een druk plekje, maar o-zo-mooi tijdens zonsondergang. Zodra het drukke bootverkeer op het kanaal onder de brug plaatsmaakt voor gezellige lichtjes, rust ik uit op het terras van Ristorante Sant’Angelo. Ik kan bijna niet wachten om terug te komen.