‘Bomber-jacket-of-fame’

Hoe het ooit de weg naar mijn garderobe heeft gevonden; vraag het me niet. Maar ik heb het dus wel en u misschien ook: een bomber jacket. Geen vintage exemplaar, al had dat perfect gekund. Nee, het is er een van twee jaar geleden. Een modieus stuk en in de tijdgebonden kleuren diep bordeauxrood en fris azuurblauw. Hoe dan ook, het betreft een klassieker in de kledingwereld. Daarnaast is dit jasje een best wel stevige trend deze winter. Voor hem en voor haar.

Nu ben ik vrij nieuwsgierig. Plús: ik ben om onverklaarbare redenen altijd bijzonder geïnteresseerd in mode. De combinatie van die twee dingen doet mij – zo staande voor de spiegel en met mijn handen in mijn jaszakken – afvragen wat er achter dit karaktervolle kledingstuk schuilt.

Een korte zoektocht bezorgt mij het antwoord. Het fascineert me. Zelfs zó erg, dat ik meen het te moeten vertellen aan iedereen die zegt, ‘Goh, leuk jasje heb je aan’. Niks is tenslotte leuker, dan weten wát je eigenlijk draagt.

En dus verplaatsen wij ons even naar het jaar 1917. En wel naar de vliegtuigindustrie.

Belangrijk om te begrijpen is dat die voertuigen toentertijd nog niet over verwarmde cockpits beschikten; laat staan een dak. Dus ontwikkelde de US Army Aviation Clothing Board speciale jasjes die doen denken aan, jawel: bomber jackets.

Deze redelijk zware exemplaren waren van leder of van schapenwol. Het werd aangepast aan de eisen van piloten. Dus moesten ze warm zijn en comfortabel zitten. En de basiselementen ervan zijn er voor altijd in blijven steken. Zo is het model baggy, heeft het een elastieken band om het middel en om de mouwuiteinden, is het van talloze vakjes voorzien en daarnaast ongevormd bij de schouders. Wel werden ze steeds lichter, verfijnder, praktischer en van andere materialen. Zoals ook het mijne: vederlicht en met namaak-brokaat. Hoe de jasjes dan in een keer zo populair werden? Want piloten zijn nou niet bij uitstek de rolmodellen die ons, consumenten, inspireren…

Nou, grotendeels dankt het bomber jacket zijn fame aan de Hollywood-filmindustrie. Aan acteurs die in hun doorbraakrollen deze kledingstukken droegen.

Zoals James Dean, 1955. Op het campagnebeeld van de film Rebel Without a Cause, draagt de acteur een simpel wit shirt en heeft hij zijn haar in die karakteristieke blonde vetkuif. Zijn zwoele blik maakt hem nóg onweerstaanbaarder. Maar wat hem pas écht een boel karakter schenkt – laten we even eerlijk zijn – is dat vuurrode bomber jacket. Zonder twijfel aanstootgevend voor een generatie modebewuste James Dean-liefhebbers. Humphrey Bogart en Gregory Peck, andere befaamde acteurs, staan wat mij betreft in datzelfde bomber-jacket-of-fame.  

Nóg een bewijs dat het jasje meer dan een jasje is – en mode dus ook meer dan een oppervlakkig iets – is het feit dat niemand minder dan natuurkundige en uitvinder Albert Einstein, er eentje droeg. Hij zei zelfs, en ik citeer: ‘Het lost het jassenprobleem voor jaren op’.

Meer recente iconen gehuld in dit artikel zijn bijvoorbeeld David Beckham, dj’s als Alesso en Tiësto en tiener-rolmodellen zoals Kylie Jenner – die het stuk nu zelfs in haar Kerstmis-Topshop-lijn heeft opgenomen.  

Vandaag, 23 november 2015, is het bomber jacket nog steeds ongelofelijk gewild. Het is zelfs bezig met een comeback. Kijk maar eens om je heen. Van magazines, social media tot aan je buurman of buurvrouw: het tijdloze item is weer een modetrend. Iedereen krijgt de smaak te pakken – mannen én vrouwen. En dus zal het niet lang meer duren of ook het Limburgse straatbeeld is een zee van sportieve vliegtuigjasjes, waar ook ik met mijn felgekleurde exemplaar rustig op dobber.