Living

Binnen kijken: Les Deux Garçons leven tussen kunst

tekst Eefje Pieters
, fotografie Hugo Thomassen

Geprepareerde dieren tussen Afrikaanse krukjes en negentiende-eeuws meubilair; het kunstenaarsduo Les Deux Garçons toont in hun woning/atelier wat kunst kan doen voor een interieur.

Michel Vanderheijden van Tinteren (1965) en Roel Moonen (1966) vormen sinds 2000 samen Atelier Les Deux Garçons. Met hun werk richten ze zich op taxidermie, brons en object trouvé, in de vorm van collages, assemblages, schilderijen en beelden. Ze zijn, in de woorden van Michel, ‘multidisciplinaire kunstenaars’. Wat echter het meest in het oog springt bij het zien van het werk van de twee, zijn de vele geprepareerde dieren, die op de meest ongebruikelijke manieren worden neergezet. Zwanen in een stervorm, Siamese katten met strikjes, of een varken op een skateboard. De kunst slaat aan bij een breed publiek, dat varieert van twintigers tot tachtigers, en alles daartussenin. Hun werk is dan ook bij vele galerieën en in veel museale en particuliere verzamelingen te zien. Ook dit jaar waren weer enkele werken van hen op de kunstbeurs TEFAF worden getoond.

Voormalig kruidenierspand

Na de oprichting van hun collectief in 2000 zocht het duo naar een passende woning waar ook in gewerkt kon worden. Hun huis moest dus groot genoeg zijn om ook een atelier in te herbergen. Het antwoord werd gevonden in een jarentwintigwoning in Landgraaf, die voorheen dienst deed als kruidenierspand. „Het huis was in slechte staat: de vele authentieke elementen waren verdwenen, en de ruimte die wij voor ogen hadden als atelier, was een donkere, gesloten voormalige opslag met een enorme koelcel. Toch zagen we het potentieel, en besloten we ervoor te gaan. Nu, 23 jaar later, wonen we er nog steeds met veel plezier”, vertelt Roel.

Zomer en winter in huis

Van donker en onorigineel is nu absoluut geen sprake meer. De breed opgezette woning werd naar achteren toe doorgebroken – de riante tuin liet daar immers genoeg ruimte voor – en vervolgens op door – dachte wijze ingedeeld. „Hoewel ook wij de open, loftachtige indeling die nu populair is bij woningen, zeker kunnen waarderen, hebben we er bij deze woning voor gekozen om echt nog aparte ruimtes te creëren en deze ook als zodanig in te richten. Zo hebben we op de benedenverdieping een voorkamer, een living, een aparte keuken en een eetkamer. Daarachter schuilt ons atelier”, vertelt Michel. De woning heeft nu, al dan niet bewust, een tweedeling gekregen. In de zomer leeft het duo volledig aan de achterkant van het huis, waarbij de deuren van het atelier wagenwijd openstaan en er een constante verbinding met de tuin is. ’s Winters zijn de twee voornamelijk aan de voorkant van het huis te vinden, in de sfeervolle eetkamer en natuurlijk in de living.

Alles is kunst

Dat Roel en Michel net zoveel kunstenaar als kunstliefhebbers en -verzamelaars zijn, blijkt wel uit het smaakvolle interieur. Waar je ook kijkt, er is overal kunst. Gevraagd naar de hoeveelheid kunstwerken in hun interieur, schat Michel dat het er best wel eens honderd zouden kunnen zijn. Toch is het niet overdreven aanwezig. „Onze liefde voor kunst komt duidelijk terug in ons interieur, maar soms is interieur ook kunst. We overwegen zelfs momenteel om kleine meubels te gaan maken van brons, waarin onze kenmerkende dieren zullen terugkomen”, vertelt Michel. Het duo stelt hun eigen werken vaak eerst in hun eigen woning tentoon, om deze uiteindelijk het nest te laten verlaten. „We zien onze woning als een wijnkelder, waarin de kunstwerken kunnen rijpen. Uiteindelijk wordt het tijd om anderen ervan te laten genieten, ook al is het soms moeilijk afscheid nemen.”

De vele opvallende kunstwerken vinden hun balans door de combinatie met de serene zero kunst, veelal werken in zwart-wit. Zo ook in de woonkamer, waar de aandacht meteen uitgaat naar de twee pronkstukken: de witte pauw – Le gardien du désir – aan de muur, en de zwanen – Au milieu de commencement – er pal tegenover. Roel: „De zwanen illustreren mooi hoe ons werk vaak een diepere laag bevat. Zo is dit werk een typische reflectie van het tijdsbeeld, we maakten het tijdens een van de lockdowns. Een periode waarin we echt hunkerden naar samenzijn. Dat zie je hierin terug.”

Napoleon III

Wat opvalt, is dat elke ruimte een ander verhaal vertelt. Zo is de keuken vrij modern, maar wanen we ons bij het binnenstappen van de eetkamer in een andere tijd. De tijd van Napoleon III, welteverstaan. „We vinden het leuk om onze gasten hiermee te verrassen. Je gaat de hoek om, en treft iets geks aan. Voor deze kamer hebben we ons laten leiden door de kasten, die stammen uit circa 1860. We hebben de donkere muren hierop aangepast. De marmeren bladen, die nog origineel zijn, geven een mooi contrast en fungeren bovendien als een mooi canvas voor de daarop getoonde kunst. Het marmer komt terug in de vensterbanken en de door ons ontworpen tafel”, vertelt Michel. „Oh, en de lampen komen uit een Franse patisserie. We houden van Frans verfijnd antiek.”

Een andere ruimte die zo’n geheel eigen gevoel oproept, is de gastenkamer op de eerste verdieping – door de bewoners zelf ook wel omgedoopt tot leeskamer. Roel vertelt: „De grijsblauwe kleur is volledig afgestemd op de strikjes van de katten, die te zien zijn in ons werk boven het bed. We vonden de kwastjes van de gordijnen in een fourniturenwinkel in Lissabon, en hebben daar uiteindelijk de hele kamer omheen ingericht. Het oude bed is opnieuw bekleed, en de muren zijn voorzien van grote schilderwerken. Het meubilair komt hier, net als in de eetkamer, uit ongeveer 1860. Ook het tapijt is bijzonder: het is een Aubusson, een achttiende-eeuws, dun geweven wollen vloerkleed.”

Corbusier en Rietveld

Dat de twee niet alleen kunstkenners zijn, maar ook hun interieurklassiekers kennen, wordt ook al snel duidelijk. De art deco meubels wisselen moeiteloos af met moderne Italiaanse meubels en Scandinavisch design uit de jaren zestig. De Minotti bank in de living vormt een verrassend contrast met de art deco kasten en tafels. Ook de Corbusier kruk, de originele Rietveld stoel en de Afrikaanse krukjes misstaan niet in het geheel. En dan is er nog het antiek. „We struinen graag Belgische en Franse antiekwinkels af, van Tongeren tot Parijs. Zo hebben we de mooie tussendeuren die de voorkamer met de woonkamer verbinden, gevonden in België. Ze komen uit een Brusselse woning. We twijfelden over de aankoop, en lieten het lot beslissen. Als ze pasten, gingen ze mee. En ze pasten precies. We hadden nog meer geluk; de antiquair besloot ons als cadeau een extra deur te geven. Deze verbindt nu de woonkamer met de keuken.”

Deel dit artikel:

Eefje Pieters

Interieurfanaat met een modehart

Eefje heeft een voorliefde voor alles wat mooi is. Geef haar wat vrije tijd en ze is weer bezig met het opnieuw inrichten van haar favoriete hoekjes in huis, het afspeuren van modeblogs of de jacht op een mooie straatfoto. Tussendoor schrijft ze daar graag over, al dan niet met een glas wijn onder handbereik, en schroomt ze niet om er op elk mogelijk moment een woordgrap in te gooien.

De geboren en getogen Limburgse is een trotse bezitter van onze zachte G. Ze deelt te pas en te onpas haar nieuwe lokale ontdekkingen met iedereen die het horen of lezen wil. Als copywriter schreef ze de afgelopen tien jaar over de meest uiteenlopende onderwerpen. Voor Chapeau keert ze terug naar de topics waar haar hart een sprongetje van maakt. Ze zal hier dan ook met liefde al haar zielenroerselen omtrent living en shopping delen. Dat doet ze het liefst vanaf het terras, maar vooruit – soms ook vanuit haar bureaustoel.

Eefje Pieters 's topic(s):
Uitgelicht

Gerelateerd nieuws