Drie tips voor een sfeervolle verlichting
Na de warme decembermaand lijkt het huis in januari ineens extra ongezellig. De woonkamer oogt, zonder de kerstboom met zijn fijne lampjes en ornamenten, een stuk killer dan voorheen. Wat de gezelligheid echter vooral maakt, is de sfeer van de lichtjes.
Nou is kerstverlichting binnen de verlichtingsbranche een genre op zichzelf. Maar dat wil niet zeggen dat je dergelijke verlichting niet kunt nabootsen met andere, neutralere verlichting en armaturen. Maar wat kenmerkt nu een echt goede sfeerverlichting?
1. Weet wat je kiest
Er gaat weinig boven het ouderwetse licht van een gloeilamp. Maar, in het kader van energiebesparing en duurzaamheid, zijn we overgestapt op spaarlampen en ledverlichting. Dat was even wennen, vooral gezien het feit dat sommige spaarlampen zo’n fel wit licht geven, dat menig tl-buis er jaloers op zou worden. Gelukkig is het in de loop der jaren allemaal flink verbeterd: het assortiment en de bijbehorende mogelijkheden in kleuren en sterktes is behoorlijk uitgebreid. Twee zaken zijn belangrijk om mee te nemen in de overwegingen. Ga voor extra warm wit licht, met andere woorden: houd de lichtbron onder de 2700 Kelvin. En wees je bewust van de sterkte. Houd zo’n 100 tot 300 Lumen aan, wat vergelijkbaar is met 15 tot 25 watt. Perfect voor een sfeervol schemerlampje.
2. Dim some
Soms heeft verlichting op één plek een dubbelrol: overdag moet de lamp boven de tafel bijvoorbeeld fungeren als lees- of werklamp, terwijl hij ’s avonds bij het diner voor – daar is hij weer – sfeer moet zorgen. Een dimmer is hiervoor de ideale oplossing. Kies dus een lamp met een warme kleur, maar wees niet bang voor te veel Lumen. Die heb je op een donkere dag hard nodig om mee te werken of lezen. ’s Avonds dim je hem dan naar een zacht warm sfeerlicht.
Let bij de aanschaf van een nieuwe (led)lamp erop of deze dimbaar is – dat is namelijk niet vanzelfsprekend. Ook bij het kopen van een dimmer moet je alert zijn: niet elke dimmer is geschikt voor elke lichtbron; een ‘normale’ dimmer kan bijvoorbeeld niet worden gebruikt voor ledverlichting.
3. Kies een toffe peer
Afhankelijk van het soort lamp dat je hebt, kan een mooie peer het verschil maken. Waar de peer vroeger niet gezien mocht worden, is de ‘lightbulbtrend’ nu al een tijdje gaande. Dat is niets minder dan het zichtbaar tonen van een bijzondere peer (tegenwoordig ook wel ledbol genoemd). Zo heb ik een grote glazen bollamp, met daarin een ledbol met spiraal. Dat geeft een heel andere sfeer dan een simpel kaarsvormig peertje. Wil je helemaal on trend zijn? Kies dan voor de simpele, uitgeklede versie: een peer aan een lichtsnoer. Want ook in 2022 geldt: less is more.