Berden groeit gestaag door met winkels en merken
In de retail is er de laatste jaren veel aan de hand. Bekende winkelketens als V&D en Perry Sport moesten hun deuren sluiten. Aan de andere kant maakt de Bijenkorf een sprong naar het topje van de markt en komen er nieuwe spelers zoals Hudson’s Bay bij. Tussen al dat geweld is er één constante factor in Limburg met steeds meer ambitie: Berden. Een oeroud familiebedrijf dat alle trends in de gaten houdt.
Het kantoor van de familie Berden is tekenend voor de basale filosofie die de familie hanteert. Achter door op de eerste etage van de vestiging in Blerick kom je uiteindelijk terecht in de verder keurige maar vooral ook huiselijke werkkamer. In plaats van een boardroom in een glazen kantoortoren zit de familie Berden het liefst daar waar het gebeurt: bij de winkel. In Blerick ligt ook de oorsprong van het bedrijf. Vol trots vertelt Paul Berden dat het bedrijf nu 115 jaar bestaat en dat zijn overgrootouders in 1902 hier begonnen. De derde en vierde generatie is nu aan zet. Zonder veel tamtam te maken, is het bedrijf Berden al jaren bezig aan een flinke opmars waarbij twee marktsegmenten steeds dominanter worden bespeeld: mode en wonen. Bij de modewinkels wordt gemikt op een heel breed publiek.
„Hele families van jong tot oud zijn bij ons klant,” zo vertelt Paul Berden, die lid is van het directieteam en zich zelf onder meer bezighoudt met marketing en strategie. „Wij zeggen wel eens dat veel mensen bij ons klant zijn van baby tot senior.”De woonwinkels bedienen ook een breed publiek maar mikken vooral op het wat hogere segment met als absolute topper en tevens qua ligging het verste weg de exclusieve Pot Interieur in Zeeland, dat in de Benelux wordt gezien als het summum voor met name designmeubelen. In totaal werken bij alle bedrijven samen zo’n 750 mensen. „Die moeten het verschil maken. Wij hameren op klantvriendelijkheid en op het geven van een oprecht advies.”
ONLINE
De forse groei van Berden is niet alleen gekomen door autonome groei van de eigen winkels maar ook door overnames zoals vorig jaar nog van de keten HoutBrox. Die vestigingen zullen uiteindelijk worden omgedoopt in Berden-winkels. Blijkbaar gelooft de familie nog sterk in fysieke winkels, ook in het online-tijdperk. „Dat klopt. Wij gaan zeker mee met online, onze collecties zijn grotendeels via de webshop verkrijgbaar. Maar we gebruiken internet vooral om de mensen naar onze winkels te laten komen voor de beleving. Juist omdat we zo geloven in extra service, denken we dat de klant beter af is als die in de winkel nog even komt passen. En als er iets vermaakt moet worden, dan kan dat gelijk geregeld worden.”Wel speelt Berden in op de trend dat winkelen vooral ook ‘beleven’ moet worden. „Om die reden hebben wij bijvoorbeeld een vestiging van La Place in onze zaak in Heerlen geopend. Mensen ervaren dat als een gezellige plek om iets te eten en te drinken. En ze zijn meteen in onze winkel. Zo hebben we daar ook een verkooppunt van Visser chocolatier. Die trend zie je steeds meer. Mensen willen als het ware entertainment als ze gaan winkelen.”Dat de economie aantrekt merken ze ook bij Berden. „Limburg in z’n geheel doet het goed. Wij hebben de indruk dat de economie hier toch beter draait dan bijvoorbeeld in Groningen of Drente. Dat komt voor een deel ook door het beleid van de provincie, die durft te investeren.”
MARKTONTWIKKELING
Maar het luistert heel nauw om tegenwoordig succes te hebben. „Wij oriënteren ons voortdurend in binnen- en buitenland wat de trends zijn in onze branche. Je mag niet stilstaan. Hier in Blerick zijn we bezig met een forse uitbreiding. Bestaande afdelingen worden groter en er komen nieuwe afdelingen bij. In 2019 hopen we dat gerealiseerd te hebben.”Het familiebedrijf Berden kijkt wel heel consequent naar de ontwikkeling van de steden en de locaties. „Wij kijken altijd of bijvoorbeeld de prijs per vierkante meter dusdanig is dat je nog iets kunt verdienen. Anders moet je er niet gaan zitten. Wij zijn daar heel nuchter in. En de komende jaren verwachten wij dat in Limburg nog veel gaat veranderen. Je hebt steden met een sterke winkelfunctie en steden waar het moeilijk is. Dat onderscheid wordt alleen maar groter. Voor een aantal gemeenten wordt het onvermijdelijk om winkelgebieden in te krimpen, puur vanwege de marktontwikkeling. En de kansrijke gebieden moet je versterken. Sterke winkelketens en merken zoeken elkaar op, willen bij elkaar zitten.”•