En toen gingen we door de tunnel….
Het was me weer een weekje. Van kalmer aan doen naar het einde van het jaar toe, daar is dus helemaal niks van terechtgekomen.
Eerst hadden we de presentatie van de Michelin-gids in Amsterdam. Spijtig natuurlijk dat we die niet meer in Maastricht hebben. Ik denk dat er twee praktische redenen zijn dat de hoofdstad van het land nu de voorkeur krijgt: de stad Amsterdam heeft gewoon meer geld geboden, samen met een aantal sponsoren. En de nationale media gaan gemakkelijker naar Amsterdam dan dat ze naar het zuiden komen. Met name de weg van Hilversum naar Maastricht schijnt erg lang te zijn, veel langer dan andersom.
Eigenlijk zouden de landelijke omroepen zo ingericht moet zijn dat enkel de redactioneel inhoudelijke afweging doorslaggevend is en niet zozeer hoeveel moeite het kost om ergens te komen. Immers, we zien op het NOS-journaal ook dagelijks de reportages uit het Midden-Oosten en Washington voorbij komen. Er is in het verleden wel eens geëxperimenteerd met een vaste man in het zuiden, maar dat is alweer voorbij. En er worden zeker ook beelden uitgewisseld met L1. Maar zo lang ze geen eigen verslaggever hier vast hebben zitten, wordt heel vaak de afweging gemaakt van: ‘toch maar niet’ of anders een ‘kortje’ met L1-beelden. Geen echte reportages. Te lastig, te ver etc. En daardoor gebeurt het dat er wel een NOS-ploeg gaat naar de Michelin-presentatie in Amsterdam, maar destijds niet naar Maastricht. En dat gebeurt zo bij veel gelegenheden. De omroepen in Hilversum kunnen nog veel leren van de situatie in Duitsland, waar landelijke zenders als ARD en ZDF eigen studio’s of op z’n minst eigen teams hebben zitten in bijvoorbeeld Hamburg, München en zelfs Aken, waardoor je veel meer diversiteit en spreiding krijgt qua nieuwsaanvoer.
Maar ok, de zaal van het DeLaMar-theater in Amsterdam zat vol, voor de chefs is er maar duidelijk één belangrijke gids en dat is de rode. Er was best wel wat Limburgs succes. De speciale award voor Château Neercanne, dat al 60 jaar onafgebroken in de gids staat en al decennia lang een ster heeft. Dat gaat echt niet vanzelf, daar moet het team dagelijks hard voor knokken. Dan was er de tamelijk onverwachte ster voor Cucina del Mondo in Heerlen, hoewel de patron Servais Tielman met al zijn ervaring bij Toine Hermsen en Hans van Wolde wel weet hoe hij in de pan moet roeren. Mooi voor Parkstad. Woensdag ben ik meteen gaan proeven. Jawel, die ster die staat.
Luc Kusters uit Venray scoorde een ster met zijn Amsterdamse zaak Bolenius. Er kwam maar liefst drie nieuwe sterren bij in Amsterdam. Waarmee Maastricht helaas moeilijk meer de slogan kan volhouden van ‘culinaire hoofdstad van het land’. Daarvoor is het verschil in het aantal sterren te groot geworden. Er trouwens ook gehuild in de vaderlandse hoofdstad, en wel in La Rive in het chique Amstel Hotel. De Limburgse chef Roger Rassin werd verrassenderwijs zijn ster ontnomen. Volgens Michelin kan deze prestigieuze zaak de culinaire ontwikkelingen in de stad niet meer bijhouden, terwijl er wel een hoge prijs gevraagd wordt.
En dan reden we donderdagavond laat in de eerste bus door de A2-tunnel. Ik moet toegeven, mijn kindertijd kwam in me boven, ik zat op de eerste rij bovenin. Zoals ik vroeger als jongetje van pakweg 7 jaar ook dolblij was als ik voorin mocht zitten. Toen droomde ik er nog van om buschauffeur te worden, leek me geweldig. Sommigen van mijn collega’s zouden dat nu nog een goed idee voor me vinden….
Het viel me voor het vertrek van de VIP-bus al op dat de chauffeur zo zenuwachtig was. Hij was de bus in parkeerstand al van alle kanten aan het fotograferen en aan te filmen. Zolang die stilstond, was dat geen punt natuurlijk. Maar al rijdend filmen met de minister van verkeer naast ja, tja, dan moet je toch wel een beetje een sufferd zijn. Hij is er erg goed van af gekomen met een uitbrander.
Iedereen in de bus was licht opgewonden, het was toch een bijzonder moment, na zowat een halve eeuw verkeersellende. En uiteraard hoorde je daags erop ook weer geluiden van mensen die het ook nu weer niks vonden. Die zijn waarschijnlijk tegen alles. Je hebt zelfs politieke partijen die daarin gespecialiseerd zijn.
Vanaf de eerste stoelrij maakte ik met mijn gsm een eenvoudig filmpje bij het binnenrijden van de lege tunnel. Daarna merkten we bij Chapeau hoe enorm dit onderwerp leeft. Onze social media en website ontploften zo wat en we kregen reacties vanuit heel de wereld. Van TEFAF-handelaren in New York tot bon vivants in Frankrijk en Spanje. Die tunnel maakt echt wel indruk.
De werkende week eindigde ik bij de opening van de tentoonstelling Timeless Beauty van de vorig jaar met kerstmis dramatisch verongelukte Belgische fotograaf Marc Lagrange. Een prachtige ode in het Gallo Romeins Museum aan de man die heel subtiel vrouwelijk naakt wist te schilderen met zijn fotocamera . Hij bleef aan de artistieke kant, zoals dat in het verleden ook Helmut Newton lukte. Vele andere vakbroeders geraken toch al gauw op het meer ordinaire pad.
Lagrange fotografeerde enkele jaren lang voor Chapeau met onder meer prachtige covers. Sinds enige edities is zijn werk onder meer te koop op TEFAF Maastricht, dat zegt iets over de hoge kwaliteit. Zijn sympathieke vrouw Saskia en de zonen werken met het nagelaten ruime oeuvre verder onder de naam Atelier Lagrange, maar nieuw werk van de meester komt er niet meer bij.
Gaat u allen naar die expositie, zou ik zeggen, waar een link wordt gelegd tussen de schoonheidsidealen van de Romeinen, zo’n 20 eeuwen geleden, en de schoonheid door de lens van Marc Lagrange. Zoveel is er niet eens veranderd gelukkig.
Jo Cortenraedt