Deze week lanceerde gouverneur Theo Bovens enige ideeën om beter om te gaan met politici die de fout in gaan. Bijvoorbeeld als het gaat om declaraties en andere uitgaven. Bovens constateert dat bestuurders wel erg gauw aan de kant worden gezet bij het minste vergrijp. En daar ben ik het wel mee eens.
Politici die de boel belazeren en zichzelf verrijken, die zie je in vele landen en dergelijke corruptie veroorzaakt een hoop ellende, want het brengt schade toe aan het land en de bewoners daarvan.
Dus hard optreden tegen corruptie is nodig. Maar zoals op vele punten lijkt Nederland ook in deze materie het beste jongetje van de klas te willen zijn.
Daar waar werknemers en ambtenaren zich wel eens een kleine misstap kunnen permitteren en dan hooguit een uitbrander of een overplaatsing krijgen, daar staat voor bestuurders die onhandig zijn geweest, verbanning voor het leven. En niemand die nog de hand naar hen uitsteekt.
Neem nou de oud-burgemeester van Maastricht, Gerd Leers en Onno Hoes. Z e waren wat naïef in hun optreden. De ene met een nooit gebouwde maar wel betaalde vakantievilla in het voormalige Oostblok en de ander met op seks beluste jongens. Ze sneden zich vooral zelf in de vingers want Leers verloor flink wat geld door zijn foute investering en Hoes zette vooral zichzelf in het hemd door in te gaan op de avances van de knapen in kwestie.
Maar daarmee zijn het geen halve criminelen en ook geen onbekwame bestuurders. Niettemin, ze zijn door de medebestuurders en de gemeenteraadsleden meedogenloos aan de kant gezet, met vooral morele argumenten. En dan is het nog niet zo eenvoudig om in het arbeidsproces daarna je draai te vinden. Want, er was toch ‘iets’ met deze mensen? Bij sollicitaties is dat buitengewoon lastig, zo blijkt.
En vraag het anders aan Ricardo Offermanns, die bijna burgemeester in Roermond was. Als Van Rey ‘m niet gebeld had. Enige naïviteit was zeker ook hier wel het geval. En misschien ook een beetje opkijken tegen de toenmalige onderkoning van de bisschopsstad. Ook nooit handig, want dan bestaat het gevaar dat je je een beetje laat inpalmen. Maar ook hier hebben we niet van doen met een halve crimineel. Maar toch, om nog een baan te vinden in de bestuurlijke wereld in Limburg of daarbuiten, dat blijkt ‘a hell of a job’, want hij is eveneens de maatschappij ‘getekend voor het leven’.
Ik vind dat we wat dat betreft met bestuurders veel strenger en calvinistischer omgaan, dan met echte criminelen die ons een hoop ellende brengen. Voor hen bestaan allerlei trajecten om ‘terug te keren in de maatschappij’, ook al hebben ze zich schuldig gemaakt aan geweldige overvallen, pogingen tot moord of anderszins. Maar voor hen staat een hele meute aan zielzorgers klaar om hen weer op het juiste pad te krijgen. Naar de verbannen bestuurders vraagt niemand meer.
Een degelijke attitude zorgt er niet alleen voor dat de kwaliteit van bestuurders bepaald niet vooruit gaat. Want geschikte mensen die een goede baan hebben, gaan niet het risico nemen om voor een vaak minder salaris te worden afgebrand.
En ik merk het ook aan het ambtenarenapparaat. Ze durven bijna niks meer als het gaat om projecten, want tja, stel je eens voor dat er vragen komen in de Gemeenteraad of Provinciale Staten, over hoe met ‘ons belastinggeld’ wordt omgegaan. Of dat er ‘iets in de krant’ komt te staan.
Dat er volledige transparantie moet zijn als het gaat om overheidsuitgaven, dat is helder. Maar de verkrampte reacties die je nu ziet, dragen niet bij tot een dynamische overheid.
Dus zo’n idee van Theo Bovens om een systeem op te zetten, waarbij in gradatie duidelijk is wat de sanctie is, als je ergens iets verkeerd hebt gedaan, dat is zo gek nog niet. Dat zou de positie van bestuurders kunnen normaliseren. En wie weet krijg je dan ook weer goede kandidaten voor zo’n functie.
Jo Cortenraedt