De rijkste man ter wereld ook de gelukkigste?
Is de rijkste persoon ter wereld ook de gelukkigste? Ik heb het de Fransman Bernard Arnault niet gevraagd maar als ik foto’s en filmpjes van hem zie, dan komt hij niet zo over. Hij kijkt meestal heel ernstig, het leven is niet eenvoudig als je een vermogen hebt opgebouwd van ruim tweehonderd miljard euro. Arnault is de eigenaar van de luxe keten LVMH, oftewel Louis Vuitton Moet &Chandon. Daartoe behoren onder meer de merken Moët & Chandon, Veuve Clicquot, Dom Pérignon, Louis Vuitton, Kenzo, Bulgari, Dior, TagHeuer en Belmond hotels.
Nou heb ik eerlijk gezegd geen last van jaloerse gevoelens. Als iemand veel geld verdient door slim te ondernemen en / of hard te werken, dan kan ik daar wel waardering voor hebben. En ongetwijfeld is Arnault een intelligente man die veel verstand heeft van internationale marktwerking. Chapeau zou ik zeggen.
Hoeveel zouden die peperdure tassen van Louis Vuitton en de kostbare jurken van Dior kosten, als mijnheer Arnault genoegen zou nemen met pakweg een vermogen van 100 miljard of 50 miljard in plats van 200 miljard?
En weliswaar ben ik wel voor een meer eerlijke verdeling van de welvaart, maar ik vind dat elk individu er wel iets voor moet doen. Het idee van ‘iedereen gelijk’ is op zich heel sympathiek, maar de revolutionairen die daarmee aan de macht zijn gekomen, blijken zichzelf telkens boven de anderen te plaatsen, ook al zeggen ze dat ze aan de kant van ‘het volk’ staan. Types als Daniël Ortega in Nicaragua, Fidel Castro in Cuba, Poetin in Rusland en Xi Jinping in China varen een communistische koers met dat gelijkheidsprincipe, maar in de praktijk betekent dat vooral een totaal gebrek aan vrijheid. En de radiozender VRT Klara maakte een prachtige podcast-serie over de Franse revolutie, waarin het principe van ‘macht aan het volk’ eindigde in gruwelijke bloedbaden, waarbij iedereen die zelfs maar enigszins gestudeerd was of een boek las, het moest ontgelden.
Dat dus niet, geef mij dan toch maar het vrije liberale westen, met alle tekortkomingen en fouten die in onze maatschappij telkens aan de oppervlakte komen. Maar ik ben wel meer van het principe om de kerk in het midden te houden. Niet zozeer de religieuze instelling, maar meer de gedachte van alles met mate.
In het geval van Bernard Arnault en zijn LVMH komt bij mij de volgende vraag bovendrijven. Hoeveel zouden die peperdure tassen van Louis Vuitton en de kostbare jurken van Dior kosten, als mijnheer Arnault genoegen zou nemen met pakweg een vermogen van 100 miljard of 50 miljard in plaats van 200 miljard? Ik kan me voorstellen dat ze dan nog altijd wel prijzig zouden zijn, maar misschien toch ietsje minder. Immers, het gaat om het persoonlijk vermogen van de man, niet hetgeen hij terug investeert in het bedrijf.
Mensen zijn gek van merken, dat is op zich al een psychologisch fenomeen. In Parijs staan lange rijen mensen uit heel de wereld te wachten voor de deur van Louis Vuitton, totdat ze eigenlijk naar binnen mogen om de creditcard dan flink te laten ronken voor een lederen tas. Een mooie tas, ongetwijfeld, maar wel eentje die al gauw een maandsalaris of meer kost.
Zelf ben ik wel voor kwaliteit, ik betaal dan liever ietsje meer, maar het hoeft voor mij niet van een bepaald merk te zijn. Iets minder bekend maar wel goed vind ik ook prima. Maar dat geldt lang niet voor iedereen.
Bij eigenaren van deze grote wereldmerken zie je nog een ander verschijnsel, zo oud als bij de Grieken en de Romeinen. De een wil de ander aftroeven.
Zo heeft Bernard Arnault een ‘tegenstander’ in de persoon van Francois-Henri Pinault, die met zijn groep Kering ook flink wat beroemde merken in huis heeft: Gucci, Belanciaga, Brioni, Saint Laurent, Bottega Veneta, Alexander McQueen, Pomellato en andere welluidende namen.
De man is ook miljardair, ik zie hem bij het filmfestival in Cannes regelmatig voorbij komen. Dan lacht hij meestal. Iets meer dan Arnault. Hij zit weliswaar onder die 200 miljard, maar komt verder niets tekort. En, hij loopt dan hand in hand met de alleszins charmante actrice Salma Hayek. Tja, zou je dan niet lachen?