De heerlijk volle ‘Maastrichtse’ bourgogne die de Cubacrisis nog had meegemaakt
Als uitgesproken liefhebber van oude wijnen – en daarmee bedoel ik flessen van 40 jaar of ouder – vind ik het leuk om bij te houden wat er elders in de wereld op dat gebied gebeurt. Dat is gemakkelijker dan je in eerste instantie zou vermoeden.
Was ik nog niet zo lang geleden vrij beperkt in mijn doen en laten – heel af en toe kwam je in de vakpers een artikel over oude wijnen tegen – tegenwoordig word ik op mijn wenken bediend. Avond na avond zorgen collega-liefhebbers verspreid over de hele wereld ervoor dat via de sociale media de mooiste gedateerde wijnen over mijn beeldscherm rollen. Aanraken kan ik ze natuurlijk niet, laat staan dat ik ze kan proeven, maar na het drinken van misschien wel 150 wijnen die al in de kelders lagen voordat de eerste mens voet op de maan zette, weet ik inmiddels wel zo’n beetje wat ik moet voorstellen als het gaat om de smaak van een belegen wijn.
Helemaal blij word ik als ik de beschrijvingen van mijn geestverwanten lees: in de meeste gevallen hebben de oudjes in de kelder zich prachtig ontwikkeld. De emotionele proefnotities spatten van het scherm.
Een van de wijn-influencers die op mijn volle aandacht kunnen rekenen op de social media, is actief onder de naam Wineterminator. De meer dan veertigjarige ervaring van deze grote kenner heeft zich inmiddels vertaald in tienduizenden proefnotities. Die gaan zelfs terug tot 1727, het jaar waarin de Britse natuurkundige Icaac Newton op 84-jarige leeftijd overleed en waarin Johann Sebastian Bach zijn Matthäus-Passion componeerde.
Vorige week trok Wineterminator ter gelegenheid van de 59ste verjaardag van een zekere Thomas – kennelijk een goede vriend – een fles Beaune uit 1963 van Leroy open. Veel ‘echte kenners’ zullen denken: ‘laat maar zitten’, 1963 is immers niet de wijnboeken ingegaan als een al te best bourgognejaar. Maar de betreffende wijn van het huis Leroy – de familie is deels eigenaar van La Romanée-Conti – ‘was goed gerijpt maar op geen enkele manier oud, zeer elegant en evenwichtig met fijn fruit, kruidig met royale zoetheid. Thomas had een grote glimlach op zijn gezicht. Ok, wijnen van die kwaliteitsfanaten van Leroy zijn meestal niet echt als koopje te vinden. Maar als zij het kunnen, moeten er ook anderen zijn. Bourgondië is zowel een mijnenveld als een schatkamer. Ik ga door met jagen.’
Het verhaal deed me denken aan de fles Beaune uit 1959 die ik bij de eerste felle zonnestralen van dit jaar dronk in het gezelschap van mijn buren. We zaten gezellig wat te keuvelen in onze zonovergoten voortuin in het centrum van Maastricht en deelden een fles prachtige bubbels van Domein Holset in Lemiers. Het gesprek ging over de oorlog in Oekraïne. Deze verschrikkelijke omwenteling in de wereldgeschiedenis bracht ons al snel op de vaststelling dat je maar beter je kelder leeg kunt hebben voordat het te laat is. Een van mijn de buren – toevallig historicus van huis uit én kenner van Maastricht – merkte terloops op dat Maastrichtenaren van oudsher vooral bourgogneliefhebbers zijn en dat in vroeger tijden de Maastrichtse kelders – zeker die van de pastorieën – vol lagen met de prachtigste wijnen uit dit gebied.
Het leek me een goed moment om even mijn keldertrapje af te dalen en de fles tevoorschijn te halen waarvan ik al een paar jaar zeker wist dat ik die zou openen op een bijzonder moment: de hierboven aangehaalde Beaune 1959 met op het etiket de vermelding: Gérard Rombouts, négociant en vins à Maastricht, Hollande. De kurk van de ‘Maastrichtse’ wijn was na ruim 60 jaar nog een en al veerkracht en kwam zo goed als ongeschonden uit de hals. De wijn zelf beschikte nog over een kracht en souplesse waarop menig topturner jaloers zou zijn. Niet het minste spoortje vermoeidheid, een diep donkerrode kleur, een volle bouche en een megalange afdronk. Mijn buren hadden – net als de Thomas hierboven – een grote glimlach op hun gezicht. Ikzelf trouwens ook.
Het is een bijzondere ervaring om een wijn te drinken die ouder is dan jezelf bent. Een wijn die in dit geval zowel de bouw als de afbraak van de Berlijnse Muur heeft meegemaakt. Op het moment dat de Cubacrisis op een haartje na een einde aan de wereld maakte lag hij nog nietsvermoedend te rijpen op het vat. Toen hij zijn eerste rijpingsjaar op fles beleefde – zeer waarschijnlijk in een Maastrichtse kelder – werd in het Amerikaanse Dallas John F. Kennedy vermoord: ziedaar de smaak van de geschiedenis in een bijzondere fles ‘Maastrichtse’ bourgogne.
Wel een beetje jammer is dat dergelijke flessen eigenlijk onvervangbaar zijn: elke keer dat er een wordt opgetrokken, wordt de toch al schaarse voorraad kleiner. En daarmee de mogelijkheid om de hoge leeftijd van zo’n prachtwijn af te zetten tegen de loop van de geschiedenis. Schamele troost: een eventuele Derde Wereldoorlog zou hij zeker niet hebben overleefd. Fijn dus dat we dit nog hebben mogen meemaken.