Tierende Topkok vindt nieuwe uitdaging in de Ardennen
Pajtim Bajrami (30), een van de bekendste jonge koks van Vlaanderen, verlaat het gastronomische restaurant De Stadt van Luijck van Michel Neven in Sint-Truiden. Vanaf de zomer gaat hij met een zelf samengesteld keukenteam aan de slag in Château de Mirwart, een van origine middeleeuws kasteel in Saint-Hubert in de Belgische provincie Luxemburg. Dat melden diverse Vlaamse media naar aanleiding van een interview met de jonge chef op TV Limburg.
Bajrami geldt in de Vlaamse gastronomie als een beroemdheid. Vorig jaar was hij een van de vijf deelnemers aan de documentaireserie Ja, chef! Zijn temperamentvolle karakter leverde hem de tot de verbeelding sprekende bijnaam de Tierende Topkok op.
Belgische media noemen de nieuwe carrièrestap van de jonge chef opmerkelijk, vooral ook omdat hij onlangs nog bekendmaakte te stoppen bij De Stadt van Luijck om een eigen brasserie beginnen. Met zijn vertrek naar de Ardennen kiest hij opnieuw voor het hoge gastronomische niveau dat men van hem in Sint-Truiden was gewend. De Stadt van Luijck had het afgelopen jaar een score van 16/20 in de GaultMillau.
Het verlaten Kasteel van Mirwart, dat oorspronkelijk dateert uit de elfde eeuw, heeft er vele jaren verwaarloosd bijgelegen. In welk een slechte staat het verkeerde is goed te zien op een impressie op de website van het kasteel, dat vanaf komende zomer gaat dienen als een luxe locatie voor onder andere trouwerijen en events. Daarnaast wordt het een hotel met een restaurant en diverse voorzieningen op het gebied van wellness, zo staat te lezen op de site.
Het historische pand werd in 2016 aangekocht door de Leuvense architect John Eyers, mede-eigenaar van het Hasseltse architectenbureau Jaspers-Eyers, dat ook vestgingen heeft in Leuven en in Brussel.
Bajrami noemt tegenover TV Limburg de kans om in Mirwart op topniveau aan de slag te gaan ‘een droom die werkelijkheid wordt’. ,,Het kasteel is prachtig gerenoveerd, de setting midden in de natuur is verbluffend. En ik geloof zeer sterk in het verhaal dat de eigenaars willen vertellen, het is een verhaal dat klopt. Ze vertrekken vanuit het volste respect voor het gebouw en zijn omgeving en ze weten van aanpakken. Er was meteen een match. Dat is toch erg belangrijk als je zo nauw gaat samenwerken.”