Waarom ‘Limburgse champagne’ niet eens zo’n gekke term is
‘En jij noemt dat champagne? Uitgerekend jij? Dat valt me behoorlijk van je tegen!’ Het moet een kleine vijftien jaar geleden zijn dat deze met stemverheffing uitgesproken reprimande mijn deel werd. Degene die me het verwijt maakte – een mooi mens, een goede vriend en een ware filosoof op het gebied van wijn – is helaas al jaren niet meer onder ons.
Zijn woorden evenwel zijn bij mij tot op de dag van vandaag blijven hangen. Op dagen dat ik een mooie bubbel in mijn glas meen te bespeuren, komen ze onverhoeds tevoorschijn uit de duistere krochten van mijn geheugen. Kennelijk met de bedoeling er bij mij in te hameren dat ik op het punt sta om iets te doen wat eigenlijk niet mag. Of beter gezegd: dat ik op het punt sta iets te doen wat ze in de champagnestreek graag strafbaar gesteld zouden willen zien.
Blijft de vraag wat mij destijds te verwijten viel. Was er iets mis met de heerlijke bubbels die ik destijds voor mijn gezelschap had ingeschonken? Ik heb het voor de goede orde nog eens even opgezocht: de door mij geoffreerde trouvaille was ‘parelend geel, met een fijn vanillearoma, romig, fris en strak’.
Het betrof een Mumm Cuvée Napa Brut, mede in de markt gezet door G.H. Mumm, een van de grotere champagnehuizen in Reims. Hij was gemaakt van de ‘champagnedruiven’ chardonnay en pinot noir, door Champenoisen nota bene – maar een champagne was het natuurlijk niet. Champagne, leert de eenvoudige regel, mag alleen champagne heten als hij zijn oorsprong vindt in de champagnestreek. De door mij met liefde ingeschonken Mumm Cuvée Napa Brut was, zoals de naam al aangeeft, geboortig van Californië. Geen champagne dus, al zul je niet zo snel Amerikaan vinden die daar moeilijk over doet.
Al in 1994 legde ‘Brussel’ – na een jarenlange lobby door het Comité interprofessionnel du vin de Champagne – vast dat zelfs de term méthode champenoise slechts is voorbehouden aan de producenten in de champagne. Il n’est champagne que de la champagne, luidt een gevleugeld Frans gezegde: er is geen andere champagne dan champagne.
Wie de wijnfundamentalisten van het vege lijf wil houden, maar de consument desondanks duidelijk wenst te maken wat hij ongeveer kan verwachten, doet er goed aan de term méthode traditionelle te gebruiken in het geval van bubbels die geen champagne mogen heten, maar wel zijn gemaakt volgens de in de champagnestreek gangbare manier.
Ook ik krijg in mijn eigen omgeving nog altijd geregeld te horen dat ik de term ‘champagne’ niet mag gebruiken. Zo schijn ik van een mooie bubbel uit ons eigen Limburg te moeten zeggen dat het een ‘Limburgse mousserende wijn’ is, zelfs al heeft hij een twee gisting op fles achter de rug. Nou vooruit, ook het Franse woord crémant is geoorloofd, maar daar houdt het dan ook wel mee op.
Ik voel me niet snel ergens te goed voor, maar wel voor dit soort muggenzifterij. Je mag Limburgse bubbelwijn weliswaar niet verkopen of commercieel aanprijzen als ware het een ‘champagne’, in het dagelijkse taalgebruik heb je natuurlijk een veel grotere vrijheid: je mag het beestje rustig noemen bij de naam die jij er graag aan wil geven.
Limburgse bubbels heb je in alle soorten en maten. Maar lang niet allemaal voldoen ze aan de hoogste kwaliteit, zeg maar de ‘champagnekwaliteit’. Toch komen steeds meer Limburgse ‘spumantes’ – zeker de wijnen afkomstig van stokken die net als in de Champagne op krijtbodems staan – aardig in de buurt, een reden waarom ik soms graag spreek van een ‘Limburgse champagne’, wanneer ik als ouverture van een mooie lunch of diner een ‘pareltje van een Limburgse parelwijn’ aantref in mijn glas.
Steeds meer Limburgse wijnboeren halen de internationale standaard met gemak, ook als het aankomt op het vervaardigen van mousserende wijn. Namen van goede Limburgse ‘champagneboeren’ noem ik in dit kader liever niet, aangezien ik daarmee zonder twijfel een aantal andere Limburgse ‘champagneproducenten’ tekort zou doen.
Ruim baan voor de Limburgse champagne dus. Wat ze daar bij het Comité interprofessionnel du vin de Champagne van vinden? Het zal me eerlijk gezegd… champagne wezen.