Maartens Culinair|Wijnen

Chileense wijn in een sterrenrestaurant, willen we dat echt?

tekst Maarten van Laarhoven

Een jaar of tien geleden was ik in Cagliari, de hoofdstad van Sardinië, getuige van een tafereel dat me om de een of andere reden altijd is bijgebleven. Ik had net plaatsgenomen op het terras van een klein visrestaurantje in een van de romantische oude straatjes in het pittoreske centrum. Een paar meter verderop, aan de andere kant van de straat, hoorde ik een Engelsman nogal misprijzend praten over het aanbod op de wijnkaart die hem zojuist door de dienstdoende ober was overhandigd. „Hier staan alleen maar Italiaanse wijnen op”, richtte hij duidelijk verstaanbaar het woord tegen zijn tafelgenote. „Ik lust dat spul niet. Als ze niks andere hebben, dan hoef ik hier geen wijn.”

De man, in wie ik na enig graven in mijn geheugen een beroemde Britse tv-persoonlijkheid uit de jaren negentig meende te herkennen – was hij het niet zelf, dan toch op zijn minst diens spitting image – slaakte een diepe zucht. Hoe moest hij in Gods naam een keuze maken uit al die wijnen waarvan de moeilijke namen hem hoegenaamd niets zeiden? Bovendien: hij wilde ‘gewone’ wijn: merlot, syrah of cabernet sauvignon.

Toen de ober kwam om de bestelling op te nemen, maakte de Brit een opmerking die mij stante pede stijf deed staan van een combinatie van verbazing en ingehouden ergernis. De ‘tv-ster’ maakte nogmaals met veel misbaar kenbaar dat hij niet van Italiaanse wijnen hield. Of er misschien ook wijnen uit andere landen beschikbaar waren?

Opmerkelijk genoeg bleek il cameriere niet voor een gat te vangen. Uit zijn hele doen en laten – hij bleef uiterst beleefd – maakte ik op dat hij er maar weinig van begreep, maar dat zijn gast, om het op zijn Hollands uit te drukken, nu eenmaal koning was.

Niet veel later keerde hij terug met een fles die was voorzien van een schroefdop, in die tijd nog een vrij nieuw fenomeen. De Engelsman nam een slokje van de wijn die de ober voor hem had ingeschonken en knikte goedkeurend.

Nippend van de heerlijk Sardijnse witte (huis)wijn die inmiddels voor mijn neus stond, maakte ik op dat het een Australische wijn betrof. Waar de dienstdoende ober de fles zo snel vandaan haalde, is mij nog altijd een raadsel. Mogelijk had het restaurant de wijn van een verdwaalde gast cadeau gekregen en had tot nog toe niemand er enig heil in gezien de wijn te proeven.

Onbestemde wijnen uit Chili of Zuid-Afrika in een Limburgs tweesterrenrestaurant? Willen we dat echt?

In vrijwel alle landen waar ik geregeld kom, tref ik op de wijnkaarten in restaurants vrijwel uitsluitende wijnen aan die afkomstig zijn uit het land zelf. In Italië wil je onder het aanbod aan bollicine (bubbels) nog wel eens een paar klinkende namen uit de champagnestreek aantreffen, en Fransen drinken Zuid-Amerikaanse wijnen als ze door ‘vliegende wijnmakers’ uit Frankrijk zijn gemaakt, maar daar heb je wel mee gehad. Wijnen uit zo’n beetje alle windstreken op de kaart is en blijft typisch iets voor landen waar niet of nauwelijks wijn gemaakt wordt.

De laatste jaren zijn landen als Nederland, België en Engeland zich in toenemende mate aan het ontwikkelen als landen waar serieuze kwaliteit vandaan komt. Uiteraard produceren we bij lange na niet voldoende om alle restaurants in de gelegenheid te stellen er hun wijnkaarten mee te vullen.

Toch kunnen we ons inmiddels de vraag stellen of het niet stilaan tijd wordt om voorzichtig te overwegen een einde te maken aan het aanbod aan wijnen uit pakweg Chili, Argentinië, Zuid-Afrika en Australië op de wijnkaarten in Nederland en België. Veel restaurants gaan er immers prat op dat ze de producten voor hun gerechten betrekken uit de nabije omgeving. Is het dan niet raar dat wijnen uit vreemde oorden vaak duizenden kilometers moeten afleggen voordat ze ergens in Europa in een glas belanden? Zeker in een tijd dat in vrijwel heel de samenleving serieus wordt nagedacht over klimaatdoelstellingen. Zeker, bij een bezoek aan een Argentijns steakhouse, hoop ik wijnen uit Zuid-Amerika te kunnen drinken. En tijdens een lunch bij restaurant ONE in Roermond werd ik nog niet zo lang geleden blij verrast met enkele mooi geprijsde wijnen uit Canada, het vaderland van de eigenaresse. Maar onbestemde wijnen uit Chili of Zuid-Afrika in een Limburgs tweesterrenrestaurant? Willen we dat echt?

Laten we, als we het aandurven om de keuze voor Europa te maken, inzetten op streeknamen in plaats van de op zichzelf weinig zeggende namen van landen.

Tijdens de veertigste editie van het Preuvenemint raakte ik er toevallig over in gesprek met een Limburgse horecaondernemer wiens bedrijf meerdere toprestaurants exploiteert. Zijn bedrijf produceert sinds enkele jaren een fraaie collectie Limburgse wijnen. Dat doet hij in samenwerking met een Limburgs wijnbedrijf dat er – net als zijn eigen onderneming – serieus werk van maakt om tot een beter klimaat te komen. Persoonlijk zou hij het aanbod aan wijn uit andere werelddelen in zijn restaurants wat willen terugdraaien, zelfs al gaat het om duurzaam geproduceerde wijnen, maar het probleem is, zo vertelde hij, dat gasten erom vragen.

Toch moet het niet zo moeilijk zijn de ware wijnliefhebber ervan te overtuigen dat we in Europa eigenlijk alles hebben. Met landen als Frankrijk, Duitsland, Italië, Oostenrijk, Spanje, Portugal, en niet te vergeten de opkomende wijnstreken in de voormalige Oostbloklanden, hebben we alles wat ons wijnhart begeert. Laten we, als we het aandurven om de keuze voor Europa te maken, inzetten op streeknamen in plaats van de op zichzelf weinig zeggende namen van landen. Dus bijvoorbeeld Bourgogne, Bordeaux, Rheingau, Haspengouw, Mergelland, Zuid-Steiermark, Ribera del Duero en Dão. Al was het maar omdat de Engelsman uit het begin van dit stukje dan nooit meer met droge ogen kan beweren dat er niets tussen zit dat hij niet lekker vindt.

Deel dit artikel:
Meer artikelen over:
Maartens Culinair, Wijnen

Maarten van Laarhoven

Gastronomische kenner en wijnfanaat

Maarten van Laarhoven (Goirle, 1965) werkt al zo’n dertig jaar in de media. Aanvankelijk in Brabant, als freelancer in opdracht van diverse landelijke en regionale kranten en het ANP. In 1997 trad hij in dienst van het Limburgs Dagblad (in 2003 opgegaan in Dagblad De Limburger) , waar hij bijna vijftien jaar zou blijven. Een van zijn aandachtsgebieden was de gastronomie. Als auteur van de veelgelezen wijnrubriek Flessentrekken proefde hij honderden wijnen.

Sinds acht jaar werkt Maarten als schrijver, journalistiek ondernemer en strategisch media-adviseur voor diverse organisaties. Nog altijd volgt hij de culinaire ontwikkelingen in binnen- en buitenland op de voet. Hij doet daarvan regelmatig verslag, onder andere in Chapeau. Maarten woont in Maastricht en beschikt over een perfecte kurkentrekker.

Maarten van Laarhoven 's topic(s):
Uitgelicht

Gerelateerd nieuws