Gastronomie weer uitgangspunt op Preuvenemint Maastricht
Het grootste buitenlucht-eetfestijn van Nederland, ’t Preuvenemint in Maastricht, viert dit jaar extra feest vanwege het veertigjarig bestaan. Toch wordt dat niet het hoofdaccent van het evenement, dat van 24 tot en met 27 augustus op het Vrijthof zal plaatsvinden. De gastronomie krijgt weer de centrale rol zoals die ooit het uitgangspunt was.
Voor de vaste bezoekers van ’t Preuvenemint is het een vanzelfsprekendheid. Je kunt er die dagen heel veel bekenden tegen het lijf lopen, je eet en drinkt samen met je vrienden en familie en je krijgt ook nog wat muziek mee. Heel veel zelfs. Het weer helpt doorgaans in die periode ook nog een handje mee, zodat dit een van dé hoogtepunten van het jaar is in de Limburgse hoofdstad, waar vele tienduizenden mensen op afkomen. In de praktijk komt er voor het organiserende StruysKommitee veel bij kijken om in te spelen op de veranderende omstandigheden en de wensen van enerzijds de bezoekers en anderzijds de deelnemers. Daar komt bij dat iedereen wel een mening heeft over wat het aanbod zou moeten zijn, maar de voorkeuren lopen behoorlijk uit elkaar. Er is veel kritiek gekomen op het feit dat ’t Preuvenemint de laatste jaren te weinig aandacht zou hebben gekregen voor het uitgangspunt, het proeven van gastronomische gerechten. De organisatie trekt zich dat ook aan en wil voor een deel terug naar de basisgedachte. „Maar dat gaat niet van vandaag op morgen, daar hebben we meer tijd voor nodig”, zegt voorzitter Niels Klinkhamer. „We passen dit jaar al wat dingen aan om zodoende de gastronomie meer naar voren te laten komen en het muziekprogramma enigszins in te dammen. Maar we kunnen niet in één keer de koers helemaal omgooien. We geloven in de weg van de geleidelijkheid.” Zeker voor de veertigste editie zijn de uitdagingen groot, vanwege de flink stijgende kosten op alle terreinen, waar ook dit evenement mee te maken heeft: de energiekosten, de materialen, de producten, alles is fors duurder geworden en daar lopen zowel de organisatie alsook de deelnemers tegenaan. Daardoor was het voor het StruysKommitee deze keer extra lastig om voldoende deelnemende horecazaken te vinden, die aan de eisen kunnen voldoen. „Wij begrijpen heel goed dat het voor restaurants en aanverwante bedrijven niet eenvoudig is om hier vier dagen te komen staan. De voorbereiding is heel pittig en zowel de materiële kosten alsook de personele kosten zijn flink toegenomen. Áls je al voldoende mensen weet te vinden. Van onze kant zijn we onder meer iets tegemoet gekomen in de deelnamekosten, maar dan nog redden veel zaken het niet om dit te realiseren.”
Grote belangstelling voor bedrijfsborrels
Daarom zint de organisatie op meer veranderingen voor de komende jaren, zoals mogelijk het invoeren van een bescheiden entreeprijs, waaruit een deel van de algemene kosten betaald zouden kunnen worden. Dan zou de financiële druk op de afzonderlijke deelnemers minder groot kunnen worden. Ook wordt nog gewacht op duidelijke richtlijnen vanuit de gemeente voor geluidslimieten voor dergelijke evenementen. „Uiteindelijk moeten daar goede afspraken over gemaakt worden. Wij proberen van onze kant het geluidsniveau al iets omlaag te brengen, zodat de omwonenden en de mensen die vooral komen om te proeven, er geen last van hebben.” Ook aan onderwerpen zoals veiligheid en duurzaamheid worden strengere eisen gesteld. „Daar zijn we dus ook volop mee bezig. Dit jaar gaan we voor het eerst de afval scheiden en de komende jaren hebben we veel meer ambities op dat gebied”, vertelt Klinkhamer.
Ondanks alle zorgen kijkt de organisatie met optimisme uit naar de veertigste editie. Zo is er grote belangstelling vanuit het bedrijfsleven voor speciale ontvangsten tijdens de zogeheten ‘daluren’ in de middag, zeker op donderdag tijdens Preuvenemeet. „Dat loopt echt hard. En, dat is toch een hele geruststelling, we zijn er wel degelijk in geslaagd om ook dit jaar voldoende deelnemers te krijgen om het hele Vrijthof kwalitatief te kunnen vullen.” Een opvallende nieuwkomer is Jacob Jan Boerma, die met zijn gesloten restaurant De Leest drie sterren heeft behaald en als rondreizend ondernemer betrokken is bij een aantal restaurants in Nederland, België en Japan. Hij neemt samen met de Maastrichtse foodieYves Silvain een grote stand af aan de oostelijke kant van het Vrijthof, onder de naam INVITE. ’s Middags worden daar uitgebreide lunches verzorgd voor bedrijfsleven en particulieren en ook voor de rest van de dag zijn daar culinaire gerechten op sterrenniveau verkrijgbaar. Boerma komt alle vier de dagen en heeft de hulp ingeroepen van een aantal collega’s die om beurten mee komen koken, zoals Daniel Gottschlich van Ox & Klee ** in Keulen, Robert Levels van Château Neercanne *, Peppe Giacomazza van La Botte in Genk en Giovanni Solofra van Tre Olivi ** in Pestum, Italië. Op de zondag ligt de nadruk op Limburgse chefs met Robin van de Bunt van De Leuf * en daarna Guido Braeken van Julemont **. Terug van weggeweest is Thiessen Wijnkoopers uit Maastricht die samen met Gastrobar Dock Five aan de slag gaat. Ook nieuw is Ron Gastrobar en Hoeve de Eik uit Epen. Een vaste waarde blijft het Maastrichtse sterrenrestaurant Tout à Fait, evenals wijnhandel Vojacek, die dit jaar samenwerkt met bistro Bouchon d’en Face.