De smaak van Limburg op het bord en in het glas
Als we zouden willen, zouden we als Limburgers kunnen leven van wat er groeit, bloeit en geteeld wordt in eigen provincie. Toch bestaat slechts twee tot drie procent van het voedingspatroon van de gemiddelde Limburger uit streekproducten. En dat is doodzonde. Lokaal eten en drinken is immers vaak niet alleen veel smaakvoller, het is ook nog eens beter voor het milieu, de economie en de gezondheid.
Gemiddeld moet een maaltijd van driehonderd gram zo’n 33.000 kilometer afleggen voordat ‘ie op het bord verschijnt. „Echt waar! Geloof je me niet? Deel die 33.000 dan voor het idee maar eens door twee, dan nog blijft het absurd”, zegt Jules Goossens, programmamanager van Regionaal Voedselsysteem Limburg, de stichting die de komende jaren de consumptie van eigen streekproducten wil verhogen naar 25 procent om zo bij te dragen aan de vitaliteit, circulariteit, economie en toerisme van de regio.
Typisch Limburg
Wat maakt een streekproduct een streekproduct? Enerzijds heb je de gewassen die hier groeien en bloeien, het vlees van vee dat in Limburg graast en wijn van druiven uit de Limburgse wijngaarden. Er is geen twijfel mogelijk over de herkomst van deze producten. Dan heb je gerechten of producten die typerend zijn voor Limburg, maar niet per definitie hier aan de bomen groeien. Neem vlaai, appelstroop, zuurvlees of knien in ’t zoer. Typisch Limburgs, maar wat als het fruit in die vlaai of appelstroop, het vlees in het zuurvlees of het konijn in het zuur niet van Limburgse bodem komt, is dat gerecht dan nog steeds een streekproduct?
„Er zijn moeilijk eenduidige richtlijnen te vinden voor het gebruik van het woord streekproduct”, weet Goossens. „Wij hanteren de grens van vijftig procent: minstens de helft van de ingrediënten moet van Limburgse bodem komen, om in aanmerking te komen voor het label Limburgs streekproduct.”


Productgroepen
In tegenstelling tot de andere Nederlandse provincies, kan Limburg volledig zelfvoorzienend zijn op het gebied van eten en drinken. Hoewel zeker niet elk product in Limburg geteeld kan worden, is wel elke productgroep die relevant is voor een gezond dieet, vertegenwoordigd. De complete schijf van vijf, met toevoeging van producten die we puur voor genot nuttigen ‒ denk aan wijn, bier en destillaten, en verrassende nieuwkomers zoals de Limburgse truffel van André Leclercq van Eyserhalte. Dat hebben we aan de rijke bodem van onze lang uitgetrokken provincie te danken. Van de arme zandgronden in Noord-Limburg die een perfecte voedingsbodem vormen voor het witte goud tot de rijke lössgrond die een groot deel van Zuid-Limburg beslaat.
Gastronomie essentieel in het uitdragen van Limburgse streekproducten
Gastronomie
Hoewel er nog veel terrein te winnen valt, mag geconcludeerd worden dat streekproducten steeds meer in trek komen. „Mensen zijn bewuster gaan leven en hebben meer aandacht voor de eigen gezondheid en het milieu”, concludeert Frank van Eerd van streekleverancier de Bisschopsmolen in Maastricht. „Ze zijn ook bereid om wat meer te betalen voor kwaliteit. Brood, groenten en fruit worden niet meer per definitie in de supermarkt, maar in het eigen dorp gekocht.”
Dat de mindset van Limburgers langzaamaan verandert, is ook te danken aan de Limburgse gastronomie. Gerenommeerde chefs zoals Edwin Soumang van ONE (*) in Roermond, Jean Thoma van Sjuut in Schinnen, Hans van Wolde van Brut172 (**) in Reijmerstok en Bart Ausems van Tout à Fait (*) in Maastricht werken op grote schaal met streekproducten en maken dat onderdeel van de beleving in hun zaak. Dat werkt aanstekelijk. Ausems: „Wij zijn als Limburgse chefs gezegend met een mooie omgeving. Als chef vind ik dat het verplicht is om in je eigen tuin te kijken. Van het geuldallam tot de asperges, er ligt zo’n rijk palet aan mooie producten in onze achtertuin. Je zou dom zijn als je daar geen gebruik van zou maken.”
Obstakels
Dat de consumptie van Limburgse streekproducten onder Limburgers achterblijft, heeft twee voorname oorzaken. Allereerst is er het financiele aspect; streekproducten zijn over het algemeen duurder dan producten die nationaal of internationaal op massale schaal worden geproduceerd. Daarnaast zorgt logistiek, of eigenlijk het ontbreken van een hoogwaardig logistiek netwerk, ervoor dat streekproducten niet altijd en niet overal beschikbaar zijn. Daar ligt dan ook de grootste focus van Stichting Voedselsysteem Limburg: in samenwerking met onder andere Het Vitamientje, de Greunteboer, Bidfood, Hermans Groenten & Fruit, Hanos en Slagerij Kusters creëren zij een logistiek netwerk voor streekproducten.
Want, hoe mooi zou het zijn als Limburg het Piemonte van Noord-Europa kan worden? Dat we met z’n allen net zo trots zijn op onze regio, onze producten en ons eten? Een boost voor de lokale economie én onze levensstijl….

