Corona-gebbetje uit Engeland: Le English Nouveau est arrivé
Je hoort weleens zeggen dat je bepaalde tradities pas gaat waarderen als ze er niet meer zijn. Ik geloof inmiddels wel dat die bewering hout snijdt. Ik moet in elk geval bekennen dat ik in deze bijzondere tijd het circus rond de Beaujolais Nouveau – vroeger Beaujolais Primeur – node mis, iets wat ik van mezelf nooit zou hebben gedacht.
Tot de laatste eeuwwisseling konden de eerste Franse wijnen uit het nog lopende wijnjaar steevast rekenen op een prominente plek in het NOS Journaal, maar dit jaar zijn ze bijna in geen velden of wegen te bekennen.
Wie een goede Beaujolais Primeur zoekt kan zich het beste wenden tot de betere vakhandel, waar ze altijd wel een aantal dozen laten meekomen met de reguliere bestellingen. Jonge, sappige wijnen van betrouwbare huizen die de echte liefhebber dolgraag een primeurtje gunnen. Als was het maar omwille van hun cashflow.
Maar de gekte van weleer lijkt voorgoed voorbij. Ergens jammer, want zo missen we de kans om 2020 met een brede glimlach weg te toosten. Nota bene met een soepel wegdrinkende wijn zonder kapsones uit het rampjaar zelf.
Ooit was er geen ontkomen aan. Wie zo’n twintig jaar geleden rond deze tijd een supermarkt inwandelde, moest wel heel erg zijn best doen om niets mee te krijgen van de gebruikelijke marketingcampagne rond de babywijnen uit de wijnstreek ten noorden van Lyon. Hoe anders is het tegenwoordig. Wie nu in de supermarkt een flesje Beaujolais Primeur wil bemachtigen, dient over voldoende wijnkennis te beschikken om te weten waar hij ze moet zoeken.
De afgelopen jaren doken ze plotseling weer op in Nederland: uitnodigingen voor avondlijke diners en nachtelijke feestjes, waar de eerste flessen uit de Beaujolais (Villages) feestelijk werden ontkurkt. Daarna bleef het stil. Dit jaar had een enkel Maastrichts restaurant het plan opgevat om met een speciale Beaujolais-avond de traditie nieuw leven in te blazen, maar door de nieuwe sluiting van de horeca kwam er helaas niets van terecht. Datzelfde gold voor Frankrijk, waar het moment waarop de Beaujolais Nouveau wordt vrijgegeven nog altijd wordt beschouwd als een van de culinaire hoogtepunten van het jaar.
Degene die Maastricht uitbundig liet kennismaken met de Beaujolais Primeur, was de in augustus overleden Maastrichtse horecaondernemer en kunstenaar Jef Vliegen. Aan de vooravond van de derde donderdag in november toog hij steevast met enkele geestverwanten in snelle auto’s richting het Franse plaatsje Beaujeu. Om op het moment dat de wijn officieel mocht worden vrijgegeven, samen met zijn gasten het glas te kunnen heffen in zijn roemruche café In ’t Knijpke in Maastricht. Frisser van de lever kon je het nauwelijks hebben.
Gekker kon het wel. Vanuit Parijs vertrok in die jaren een zelfs een Concorde met een lading Beaujolais Primeur aan boord richting John F. Kennedy International Airport in New York. Amerikanen waren dol op het spul en dat zijn ze trouwens nog altijd. In de cooking community van de New York Times passeren geregeld recepten de revue waarin óf Beaujolais Nouveau verwerkt is óf waarbij beaujolais wordt voorgesteld als ideale bijpassende wijn.
Helaas moeten ook de levensgenieters in The Big Apple het dit jaar zonder hun heilig gekoesterde traditie doen, iets wat ze in de Beaujolaisstreek vanzelfsprekend merken. In de Franse media lees ik dat de plaatselijke syndicaten van wijnboeren er rekening mee houden dat ze dit jaar zo’n 25 tot 30 procent minder verkopen dan anders.
Niet alleen in Frankrijk en de VS zijn de meeste feestelijkheden in verband met de komst van de Beaujolais Nouveau afgelast, ook Japan en Engeland, normaal gesproken grootafnemers van de betere primeurwijnen, moeten het dit jaar zien te stellen zonder uitbundige Beaujolais-feestjes.
Wellicht dat de Brexit leidt tot een nieuwe traditie aan de andere kant van de Noordzee, want daar heeft vrijwel geruisloos de eerste Britse ‘Beaujolais Nouveau’ zijn intrede gedaan. Wijnmaker Simon Day van wijngoed Sixteen Ridges in Ledbury – een kleine plaats in het zuidwesten van Engeland – heeft deze maand de eerste 2500 flessen ‘English Nouveau’ op de markt gebracht. Volgens de wijnmaker moet zijn jonge wijn – gemaakt van honderd procent pinot noir – niet al te serieus worden genomen. Het is eerder een bescheiden poging om aan het einde van dit treurige jaar toch nog een beetje zonneschijn uit 2020 in het glas te krijgen, vertelde hij.
De Engelse Nouveau is vorige week gelanceerd, net als zijn van de gamay gemaakte Franse evenknie. Het grootste verschil – afgezien van het gebruikte druivenras – is de prijs. De Engelse primeurwijn gaat over de toonbank voor 11,99 pond (omgerekend 13,35 euro). Een stuk hoger dan je zelfs in Groot-Brittannië voor een gemiddelde Beaujolais Primeur betaalt.
Net als in Limburg wordt ook in Engeland het gros van de regionale wijnen verkocht op de lokale markt. Maar Scandinavië, Noord-Amerika en Australië rammelen aan de kelderpoort. Mocht deze ontwikkeling zich doorzetten, dan hebben we in elk geval weer iets om naar uit te kijken. En kunnen we op de derde donderdag van november behalve met een Franse primeurwijn toosten met een mooi glas ‘Engelse Nouveau’. Op een prachtig wijnjaar!