Topvrouw van het jaar van Nederland
Lees het interview met Rianne Letschert hier:
Rector-magnificus Universiteit Maastricht
Rianne Letschert biedt een overrompelende verschijning voor wie enige plechtstatigheid verwacht. Met haar vriendelijke oogopslag, zwierige jeunesse en spontane aard breekt de rector magnificus van de Universiteit Maastricht moeiteloos door bestaande stereotype beelden heen. Geen afstandelijke eerbiedwaardigheid, maar een dame met een open karakter. Minder dignitaris als eerder een benaderbare people’s manager met oog voor rechtvaardigheid en wars van conflicten. Misschien ook minder een intellectueel boegbeeld als wel meer een bevlogen pragmaticus die vooral handelt en in haar huidige rol minder reflecteert. Ze bezit wat de Franse filosoof Alain Finkielkraut een intelligent hart noemt. Rianne Letschert (42) paart een sterk empathisch vermogen aan een avontuurlijke geest met grote werkijver. ,,Op dit moment verken ik nog een beetje het speelveld tussen Rianne en de rector. Ik wil mijn spontaniteit niet verliezen zonder daarbij de universiteit te schaden. Mijn graadmeter daarbij is: kan ik mezelf nog wel in de spiegel bekijken?”
We ontmoeten Rianne Letschert in stadscafé-restaurant De Vooruitgang in Eindhoven. Geen toeval, zo blijkt, want de vooruitgang speelt een belangrijke rol in haar leven. Ondanks een overvolle agenda wekt ze allerminst de indruk gehaast te zijn. Ze neemt de tijd en is aanwezig. Ze bevindt zich, om het populair uit te drukken, in het hier en nu. Geen haastige blik op een smartphone of telefoontjes tussendoor. Rianne Letschert heeft aandacht. Aandacht en tijd voor de omgeving en wie tegenover haar zit. ,,Als ik met iemand praat heb ik alle aandacht. Ik maak gemakkelijk contact. In mijn beroep zou het gevaar op de loer kunnen liggen dat ik niet langer aanspreekbaar ben. Dat wil ik voorkomen. Ik antwoord op alle mails en blijf ook voor studenten gewoon bereikbaar. Nooit zeg ik ‘nee’ als een student zegt langs te willen komen. Dat geeft me juist energie. Een universiteit bestaat immers bij gratie van studenten. Ook heb ik er geen moeite mee om getutoyeerd te worden.”
De Vooruitgang en de liefde
Rianne Letschert had zelf de locatie voor het onderhoud gekozen. Aangezien ze later op de dag nog een afspraak heeft in Den Haag, komt Eindhoven haar goed uit. We hebben twee uur de tijd. Er wordt cappuccino gedronken. En later volgt een kop tomatensoep. Een zaak die ze goed kent. ,,Vroeger heb ik hier gewerkt”, zegt ze schalks. ,,Mijn huidige man Rob heeft me aangenomen. Hij was de bedrijfsleider van De Vooruitgang. Ik heb altijd wel graag gewerkt in de horeca. Mijn man zit in de evenementensector. Hij werkt vooral veel voor de verschillende festivals, waarbij hij zich bezighoudt met food. Rob is voor mij een inspiratiebron. Hij heeft altijd goede zin en kan de boel ook soms goed de boel laten. Ik bewonder dat. Zijn werk is totaal iets anders dan mijn wetenschappelijke carrière. Ook wel mooi dat we verschillende werkterreinen hebben. Dat houdt het fris.”
Het koppel heeft twee kinderen van elf en zeven jaar, Joep en Julia. Elke zaterdag staat ze al voor dag en dauw op om naar hockeyveld en voetbaltraining te gaan. Een routine waaraan ze zich, naar eigen zeggen, met plezier overgeeft. Ook gaat ze geregeld met de kroost naar de film. Tijd voor tv is er nauwelijks. ,,Mijn agenda vormt natuurlijk een grote uitdaging. Steeds moet ik mijn spaarzame vrije tijd goed plannen. In de regel gun ik me vrijdagavond als ik thuiskom wel eens een glaasje wijn met mijn buurvrouw. Dat bezig zijn met de kinderen vind ik overigens geen opgave. Het is juist ontspannen om langs zo’n veld te staan en mee te helpen met de andere ouders.”
Ze woont onder de rook van Helmond in Stiphout. Al vanaf het begin van haar wetenschappelijke loopbaan heeft ze veel moeten reizen. Het leven uit de koffer is haar alleszins vreemd. ,,Door de week verblijf ik vaak in Maastricht. Ik woon bij een hospita nabij de Bisschopsmolen in het Jekerkwartier. Maastricht bevalt me als stad heel goed. Maar aangezien de kinderen zo goed gewend zijn op hun eigen school wil ik niet verhuizen. Bovendien is het reizen mij niet vreemd. Ik rijd best graag auto. Vaak is dat voor mij zelfs pure ontspanning. Lekker in de auto meezingen met een paar Hollandse krakers op de radio. Dat luisteren naar 100 % NL is wel een soort guilty pleasure van me”, zegt ze lachend.
Victimologie
Als ze in september 2016 Luc Soete opvolgt is ze de jongste vrouwelijke rector magnificus ooit in Nederland. Ze heeft dan al ruimschoots haar sporen verdiend als hoogleraar victimologie en internationaal recht aan de Universiteit van Tilburg. Ze bekleedt tal van sociaal-maatschappelijke functies en is ook op de achtergrond voor D66 politiek geëngageerd. Haar eigen levensloop was gespeend van enig slachtofferschap en laat zich eerder kenschetsen als harmonieus. ,,Gelukkig ben ik zelf nooit slachtoffer geweest. Waarschijnlijk is mijn interesse in de victimologie, -de interdisciplinaire wetenschap die kennis vergaart over slachtofferschap,- ingegeven door een sterk sociaal rechtvaardigheidsgevoel. Dat heb ik van thuis meegekregen. Mijn vader is altijd werkzaam geweest in het sociale domein bij de provincie. Hij studeerde aan de sociale academie. Ook deed hij er nog Spaans bij. Hij was directeur van de Stichting Progresso– vooruitgang. Hij had een drukke baan. Maar als hij er moest zijn, was hij er altijd voor ons. Inmiddels is hij met pensioen. En met een liefdevolle moeder die er altijd was voor mijn iets oudere broer en mij, heb ik een veilige, onbekommerde jeugd gehad. We zijn een hechte familie. Er is nooit ruzie. Het is mij met de paplepel ingegoten dat iets goed doen voor een ander jezelf een goed gevoel geeft. Waar ik vanuit mijn opvoeding niet tegen kan is wanneer mensen in groepen worden ingedeeld. En we hebben geleerd dat we niet iedereen over één kam moeten scheren.”
Vaak is ze in Afrika geweest om de onheilsplekken waar genocide plaatsvond met eigen ogen te bekijken. Ze raakt gefascineerd door het ‘gezicht van het kwaad’. Ze onderzoekt niet alleen het leed van slachtoffers, maar bestudeert ook daders die ze in gevangenissen opzoekt. ,,Mij fascineert het verhaal dat achter zowel het slachtoffer- als ook het daderschap schuilgaat. Ik heb me met name in Rwanda beziggehouden met het vraagstuk naar erkenning van slachtofferschap. Wat me in mijn gesprekken met daders dikwijls opviel was: hoe gewoon ze vaak zijn. Het betreft in veel gevallen gewone burgers. Mensen die tot wreedheden in staat blijken. Door mijn studie en opgedane veldervaring heb ik geleerd niet met een vinger te wijzen. De scheidslijn tussen goed en slecht, zo blijkt in de praktijk, is heel dun. Binnen de victimologie is het essentieel om de verhalen -ook die van de daders- te verzamelen. Wat ik geleerd heb is dat de mens in de regel beschikt over een grote portie veerkracht en zelfredzaamheid. De mens is sterk. Dat stemt me, ondanks alle ellende die daar heeft plaatsgevonden, toch nog optimistisch. Mijn opgedane ervaring komt me goed van pas in allerlei adviescommissies waarin ik tegenwoordig nog zitting heb.”
Oorlogsleed
Wetenschappelijke distantie ten opzichte van zaken als geweld en genocide is belangrijk. Maar hoe gemakkelijk is dat als je zelf net twee kinderen hebt gekregen? Hoe houd je onderwerp en dagelijks leven uit elkaar? ,,Mijn wetenschappelijk aandachtsgebied raakt aan veel facetten. Ook aan die van de dagelijkse praktijk. Wanneer je geconfronteerd wordt met verhalen over geweld vraag je je zeker wel eens af wat zou je zelf doen als bystander? Blijf je op afstand of grijp je in? Dat is een vraagstuk dat je kunt oprekken naar alle vormen van geweld. Ook die in onze directe omgeving. Komen we in actie of kijken we toe en lopen door? Vanaf het moment dat ik kinderen had viel het me zwaar om me bezig te houden met vraagstukken waarbij er kinderslachtoffers zijn gevallen. Ik zag in Rwanda 50.000 schedels van volwassenen en kinderen. Dat beeld raak ik nooit meer kwijt. Vroeger kon ik eigenlijk al nooit zo goed tegen films over de Tweede Wereldoorlog waarin het oorlogsleed letterlijk werd verbeeld. Wetenschappelijk kan ik er waarschijnlijk beter mee dealen dan als privémens.”
Brightlands en warm bad
Het was een verrassing dat Rianne Letschert werd voorgedragen als rector magnificus van de Maastrichtse universiteit. Met haar twintig dienstjaren aan de universiteit van Tilburg staat ze niet bepaald te boek als een job hopper. Ze is honkvast, een doorzetter. Iemand met vaste overtuigingen en een open karakter. Lachend: ,,Eerlijk gezegd heeft het me zelf ook wel enigszins verwonderd dat men mij heeft gekozen. Vanaf het begin heb ik me voorgenomen mijn eigen koers te varen. Hierdoor ben ik ook niet te vergelijken met mijn voorganger Luc Soete-die ik zeer waardeer. Ik doe de dingen op mijn manier. Niet beter of slechter, maar anders. Binnen het bestuur werk ik met Martin Paul en Nick Bos samen. We hebben een collegiaal bestuur. Ons onderling contact is goed. Hoewel ik veel aandacht krijg, besef ik heel goed dat ik in feite in een warm bad terechtgekomen ben. Ik bedoel hiermee niet dat er geen uitdagingen meer liggen, juist integendeel. Wat ik zeggen wil, is dat die twee ervoor gezorgd hebben dat er een goede voedingsbodem voor mij is gecreëerd en dat we vanuit die positie verder kunnen werken. Neem die hele Brightlands-ontwikkeling. Daar hebben Martin en Nick toch wel hun nek voor uitgestoken. Ik geloof dat die verdere doorontwikkeling van die vier campussen voor de Euregio een gamechanger zal worden. De universiteit staat midden in de samenleving.”
Van een cultuurverschil binnen het bestuur is, volgens Letschert, geen sprake. Men werkt soepel samen. ,,Nou van helemaal dezelfde bedrijfscultuur is ook niet helemaal sprake. Martin en Nick zijn echte ochtendmensen. Ik ben meer een nachtmens. Het geluid van de wekker is niet meteen het hoogtepunt van mijn dag, moet ik eerlijk toegeven. Maar door de kinderen heb ik me wel een ander ritme aangeleerd. Het leven is in zijn algemeenheid een proces van aanpassen. Neem mijn schooltijd. Toen was ik iemand die graag goede cijfers haalde. Met een zeven was ik ontevreden. Het moest een negen zijn. De laatste jaren ben ik misschien iets minder streberig geworden, maar wel nog steeds streng voor mezelf. Ik leg de lat hoog. Voor anderen ben ik minder streng. Waar ik echter wel slecht tegen kan is luiheid. En volgens mij deel ik die eigenschap met mijn twee collega’s. Lachend: ,,We werken hard en beginnen vroeg.”
Jonge universiteit met pioniersgeest
Ze zegt een echte teamplayer te zijn die zich in Maastricht goed op haar gemak voelt. Voor Rianne Letschert is sfeer zeer bepalend. Ook hecht ze waarde aan vertrouwensbanden. Is ze goed gelovig? ,,Ik ken mijn valkuilen, denk ik, inmiddels wel. In sommige onderhandelingen kan ik ongeduldig zijn. Dan wil ik op mijn doel af. Wat mijn omgang met mensen betreft sta ik altijd open. Mijn medemens vertrouw ik tot het tegendeel bewezen is. Ik denk te beschikken over een sterke intuïtie. Dit soort gevoelsweten is in sommige omstandigheden belangrijker dan harde kennis. Verder kan ik slecht tegen conflicten die onopgelost blijven. Ik ben doortastend, dat wel, maar ook van het harmoniemodel.”
Wat me aan de Maastrichtse universiteit zo goed bevalt is dat er een jonge pioniersgeest heerst. Het is de meest internationale universiteit van Nederland. We staan hoog in de internationale rankings. Ik proef een grote dynamiek. We willen ons bewijzen. Die mentaliteit heerst ook onder studenten. Maastricht staat voor excellentie maar ook voor sociale betrokkenheid. Maar ook de stad zelf met het omringende Heuvelland en de Belgische en Duitse steden op een steenworp afstand maken het hier tot een waar genoegen. Maastricht ligt centraal. Je proeft het internationale karakter en kunt aan de Maastricht University de wereld ontmoeten. Wat ook mooi is, is dat er steeds meer fascinerende wetenschapsvelden worden toegevoegd en dat we ons met een campus in Brussel ook echt tot Europa verhouden. Working on Europe is geen loze kreet. We laten het zien.”
Indonesië en multiculturele samenleving
Of ze tot in de lengte der dagen blijft, staat in de sterren geschreven. Feit is dat ze zich zichtbaar op haar gemak voelt. ,,Mijn afweging is in dit soort zaken de vraag wat het nut is van mij in die specifieke rol. Als ik mijn meerwaarde zie, blijf ik. Maar als de rek er op enig moment uit is, moet je eerlijk zijn en een nieuwe weg kiezen. Vooralsnog is dat niet aan de orde. Waar ik wel aan moest wennen is dat men het reilen en zeilen van de rector kennelijk beter in de gaten houdt dan ik had verwacht. In de wetenschapsbedrijving kun je nog redelijk anoniem zijn. In mijn huidige functie lukt dat niet meer, zo heb ik gemerkt. Er wordt goed opgelet wat ik doe.”
Dat de rector magnificus onder een vergrootglas ligt blijkt als ze afgelopen zomervakantie vanuit Indonesië een tweet stuurt over de vermeende rijkheid aan verschillende culturen die daar met elkaar zouden leven. Het bericht was bedoeld als een sneer naar minister Blok die zich kort daarvoor in een spreekbeurt had laten ontvallen niet te geloven in de multiculturele samenleving. Letschert kreeg een lawine van verontwaardiging over zich heen. Wist zij dan niet dat Indonesië allesbehalve te boek staat als een land waarin religieuze en etnische vrijheden vanzelfsprekend zijn en waarin de acceptatie van homoseksualiteit nog ver te zoeken is? ,,Natuurlijk weet ik dat er in Indonesië sprake is van onderdrukking. Mijn tweet was onhandig. Ik wilde een standpunt innemen in de discussie die naar aanleiding van minister Bloks uitlatingen was ontstaan omdat zijn uitspraken me geraakt hadden. Wat me de ontstane ophef verder verduidelijkte was dat men mij als persoon niet meer los ziet van mijn functie als rector. Ik had die tweet als toerist geplaatst. Het heeft me aan het denken gezet. Uiteindelijk ben ik 24-uur per dag rector.”
Ze gelooft in de vooruitgang zoals die de laatste vijftig jaar op tal van fronten in de wereld zichtbaar is. Niet dat ze naïef ontkent dat er geen schrijnende problemen zijn, of storende aandachtsgebieden, maar ze is optimist genoeg om in een goede afloop te geloven en verbeteringen te zien. ,,Statistisch gezien gaat het ons nu beter dan vijftig jaar gelden”, zegt Letschert. ,,We zetten echt stappen. Op tal van gebieden gaat het veel beter dan vroeger. Maar er zijn ook zaken waar ik me stierlijk aan erger. Neem het populisme. Daar erger ik me mateloos aan. Ook maak ik me zorgen om het klimaat. Dat kunnen we niet zo op zijn beloop laten. We zullen samen moeten werken. De klimaatverandering baart me zeker zorgen.”
Bevlogenheid
Op geopolitiek vlak verlang ik naar wereldleiders die weer bevlogenheid in de maatschappelijk-politieke arena brengen. Mensen die inspireren, die de boel in beweging brengen. Die mensen zijn schaars. In Nederland ligt mijn voorkeur politiek bij D66. Ik ben erin geïnteresseerd, maar niet actief mee bezig. Lachend: ,,Waar zou ik de tijd vandaan moeten halen?”
Rianne Letschert gelooft in de kracht van het individu. Ze is ervan overtuigd dat de universiteit haar deuren dient open te zetten, ongeacht iemands religieuze achtergrond of seksuele voorkeur. ,,Een poos geleden hadden we studenten uit Saoedi-Arabië te gast. Natuurlijk valt er veel af te dingen op het beleid in dat land. Ongelijkheid van mannen en vrouwen is er de normaalste zaak. Toch ben ik van mening dat ook studenten uit dit soort landen welkom zijn. Ik geloof in de kracht van onderwijs. Dat is een kracht die individuen kan beïnvloeden. Het is te hopen dat het individu iets oppikt en zich ontwikkelt. Het is juist goed dat onze deur openstaat.”
Internationalisering
Dat er zich de laatste jaren een verengelsing heeft voltrokken lijkt logisch voor een internationale universiteit. ,,Natuurlijk geven we primair les in het Engels. Dat is immers de taal van de huidige internationale wetenschap. Toch verkwanselen we het Nederlands zeker niet. In ons taalbeleid spreken we van een Nederlands-tenzij-beleid. Er zijn vakgebieden waarin het Nederlands nog gewoon de toon zet. Ook bieden we verschillende taalcursussen aan die goed door onze studenten worden bezocht. De wil om ook Nederlands te leren is echt wel aanwezig. Er ontstaat een steeds betere wisselwerking tussen internationale studenten en de stad. Dat is inspirerend om te zien. Maar feit is dat voor veel studenten geldt dat omwille van hun kansen op de arbeidsmarkt, oftewel employability, ze thuis moeten zijn in de Engelse taal.”
Rianne Letschert spreekt zelf goed Frans. Ook heeft ze een basale kennis van het Spaans. Duits daarentegen gaat nog wat moeizaam. ,,Er zijn wel meer talen die ik graag soepel zou willen spreken. Maar de tijd nekt me. Ook zou ik graag meer willen lezen. Op vakantie kan ik me echt in een historische roman verliezen. Maar door de week moet ik zoveel lezen dat ik er bijna in verzuip. Ook ben ik best in mode geïnteresseerd, maar ik neem vrijwel nooit de tijd om eens voor een mooie jurk te gaan shoppen. Dat terwijl Maastricht zo’n modebewuste stad is. Ik houd van mooie spullen. Eerlijk gezegd moet ik toegeven dat de beeldende kunsten voor mij een blinde vlek vormen. Toch geniet ik er zeer van en sta ik er zeker voor open. Op TEFAF kijk ik mijn ogen uit. Soms zou ik gewoon ook graag wat meer tijd hebben om gezellig naar de kroeg te gaan. En er lekker te dansen. Maar ik klaag niet. Ik geniet van mijn werk. Het is een groot avontuur en ik ontmoet veel bevlogen en inspirerende mensen.”
Ze leeft graag bourgondisch. Een glas wijn weet ze zeer te waarderen. En ze gaat graag uiteten. Bepaald een hobbykok is ze naar eigen zeggen niet. Dat laat ze graag aan haar man Rob over. ,,We zijn lange tafelaars. Maar aangezien ik in mijn werk al veel zit en ook nog vaak op reis ben, is lichaamsbeweging belangrijk. In ons gezin werd altijd al veel aan sport gedaan. Vroeger deed ik aan turnen. De laatste jaren ben ik met hardlopen begonnen. Ik wil in deze baan niet dichtgroeien. Dus daarom de beweging. Ik moet er wat voor doen. En omdat er ook iets competitiefs in me zit heb ik de marathon van Barcelona gelopen.”
Rianne Letschert is een kosmopolitische optimist. Ze heeft een brede scope en oog voor de mensen in haar naaste omgeving. Ze is benaderbaar en neemt de tijd- ook als ze deze eigenlijk niet heeft. Ze is iemand die gelooft in haar werk, in de gebundelde kracht van onderwijs en wetenschap en in het samenbrengen van mensen uit alle delen van de wereld. Een vrouw, kortom, die niet twijfelt aan de vooruitgang en daar genoeg energie uit weet te putten om in volle vaart door te gaan. De vooruitgang, daar komt het op aan.
Sympathiek met scherpe geest
Iemand die haar goed kent is journalist-filosoof Ralf Bodelier uit Tilburg. Bodelier -oprichter van World’s Best News Nederland- heeft haar ook leren kennen als reisgenoot naar Malawi. ,,Rianne ken ik al sinds de eeuwwisseling. Zij volgde ooit als studente een cursus bij mij en ik ben tien jaar later op de Tilburgse universiteit gepromoveerd toen Rianne als hoogleraar in de verdedigingscommissie zat. Rianne is bijzonder open minded, sociaal voelend en een uiterst aardige maar ook besliste manager. Ze communiceert van mens tot mens en plaatst zich nooit boven iemand. Qua leiderschapsstijl zou ze misschien nog het meest in de buurt komen van Job Cohen. Ze voelt zich nooit te goed. Ook niet in Malawi waar ze ook gewoon in hutjes sliep en tussen de Malawianen op de grond zat. Ze is empathisch, down to earth en dwingt met haar sympathieke aard en scherpe geest respect af. Ze staat voor haar zaak. Ondanks haar openheid is ze beslist niet breekbaar. Zo heb ik haar tenminste in Tilburg niet ervaren. Ze staat met beide voeten op de grond. Een van haar stelregels luidt: ‘ik ben niet meer dan iemand anders, maar ook niet minder.’ Zij walst over niemand heen, maar ik denk ook niet dat iemand gemakkelijk over háár heen walst.”
______________________________________
Chapeau Nieuwsbrief
Wil jij wekelijks het laatste nieuws ontvangen over het goede leven in Limburg NL/BE? Schrijf je dan in voor onze mooie nieuwsbrief -> inschrijven <