Nieuw leven voor Limburgse monumenten
De provincie Nederlands-Limburg telt maar liefst zo’n 5.500 monumenten en is daarmee rijkelijk bedeeld. Kerken, kastelen, hoeven en andere historische gebouwen sieren steden, dorpen en landschap. Maar ze zijn soms ook een bron van zorg, vanwege de kosten en de behoefte aan een nieuwe bestemming. De provincie Limburg ondersteunt projecten om monumenten een nieuwe toekomst te geven.
Monumenten geven extra karakter aan een omgeving. Dat is voor gedeputeerde Hubert Mackus een uitgemaakte zaak. Maar niet elk restauratieplan kan zomaar op een financiële bijdrage van de provincie rekenen. „Er moet wel een goed plan liggen, niet alleen om te restaureren maar ook om aan een monument een haalbare en maatschappelijk relevante nieuwe bestemming te geven. Aan dat soort initiatieven draag ik in het belang van een gebalanceerd Limburgs monumentenbestand graag een steentje bij.”
Het huidige college in het gouvernement heeft over een periode van vier jaar een bedrag van in totaal € 33 miljoen uitgetrokken om monumenten te restaureren en in veel gevallen een nieuwe bestemming te geven. Dat is inclusief de ondersteuning van vrijwilligers, die bij menig project betrokken zijn. Gedeputeerde Mackus is bereid om eventuele budgetten naar voren te halen, om zo de bouw in deze coronaperiode een extra impuls te geven.
„Het begint uiteraard bij de eigenaren van een monument,” zegt Mackus, „die moeten enthousiast zijn. Als provincie gaan wij niet zelf particuliere projecten uitzetten, maar we willen graag meedenken met initiatiefnemers, zodat we samen het unieke karakter van Limburgse monumenten kunnen koesteren.”
Mackus noemt een aantal projecten die of al klaar zijn, of vol in restauratie. „De Beusdalshoeve in Ingber in de gemeente Gulpen vind ik een mooi voorbeeld. Een oude boerderij van mergel die nu is omgetoverd in een kleinschalig hotel met kunstgalerie. De kwaliteit van de restauratie en de afwerking is daar heel hoog, wij hebben daar graag aan meegeholpen. De nieuwe koffiebranderij van Blanche Dael in het Brikkegebouw in Maastricht wordt fantastisch. Die ondernemer heeft z’n nek uitgestoken om met een oud industrieel gebouw aan de slag te gaan. De Dominicushof in Roermond verandert van klooster in een appartementencomplex en blijft zo bewaard voor het nageslacht. En in Lottum wordt Hoeve Lindershof aangepakt en behoudt het een agrarische bestemming met veel eigentijdse ambities.”
Albert Berghof van Blanche Dael en Coffeelovers in Maastricht was in eerste instantie niet zo te vinden voor het oude monumentale Brikkegebouw op het voormalige Sphinx-fabrieksterrein als vestiging van een nieuwe koffiebranderij. „Je weet dat het allemaal complexer is dan wanneer je voor nieuwbouw kiest. Maar uiteindelijk zijn we er heel blij mee. Het is een gemeentelijk monument uit 1875, dat vroeger gebruikt werd om bakstenen en vuurvaste stenen te bakken. In 1923 zijn er nog eens vier verdiepingen van beton bovenop gekomen.”
Met Transform Architecten is Berghof aan de slag gegaan om er een zo praktisch mogelijk gebouw van te maken. De branderij was moeilijk onder te brengen in het monument, daarom werd gekozen voor gedeeltelijke nieuwbouw tegen het oude gebouw aan. „We hebben onze plannen uitgebreid en is er ook ruimte gemaakt voor een koffiecafé, een pakkerij, opslag, een winkel en een kantoor. In totaal hebben we zo’n drieduizend vierkante meter, dat is heel wat. Ook komt er een baristaschool en kunnen we rondleidingen geven. Over twee verdiepingen hebben we nu expositieruimten. Wij kijken nog of we er partners bij kunnen halen zoals fooddesigners of chocolatiers. Het wordt een soort biotoop met heel veel mogelijkheden. Weliswaar zitten we hier op een voormalig industrieterrein, maar de buurt wordt steeds levendiger met de nieuwe appartementen, bioscopen, restaurants en culturele gebouwen. In de zomer hopen we met ons terras in de tuin heel wat volk te trekken.”
Albert Berghof is blij met de ondersteuning van € 112.000 vanuit de provincie. „Het is moeilijk voor een ondernemer om zo’n plan alleen te realiseren. Maar op die manier krijg je een flinke steun in de rug. Ook het Nationaal Restauratiefonds heeft een steentje bijgedragen. Zo is het haalbaar en draag je ook bij aan de ontwikkeling van de stad. Dus het voelt ook als een maatschappelijk project.” Het gebouw is pas in gebruik genomen en kan straks bij een versoepeling van de coronamaatregelen heel wat bezoekers ontvangen. „Onze horecazaken zijn een tijdlang gesloten vanwege corona, maar het had ook een voordeel, want zo we konden ons helemaal richten op dit veelzijdige en intensieve project.”
Ruud Boonen is bezig met de restauratie van klooster Dominicushof in Maasniel in Roermond. De nonnen zijn er al lang uit, het monument miste een nieuwe bestemming. „Samen met mijn compagnon Peter Heijmans had ik al eens een monumentaal pand gekocht en er een herbestemming aan gegeven. Dat restaureren is op zich duurder dan nieuwbouw, maar zo’n gebouw heeft naar mijn smaak wel meer karakter en historie. Dat is me ook wat waard.”
De provincie droeg bijna € 104.000 bij aan zijn plannen die nu in volle uitvoer zijn. „Er komen negen appartementen voor het middensegment. Ze zijn levensloopbestendig, daarom hebben we ook een lift aangebracht. Er is behoefte aan woningen, dus de markt is er. De werkzaamheden duren ongeveer een jaar. De gemeente heeft het project ambtelijk goed ondersteund. Ik denk niet dat dit het laatste monument is dat we gaan aanpakken.” Hoeve Lindershof in Lottum krijgt weliswaar ook een woonbestemming, maar het merendeel van het grote gemeentelijk monument is voor agrarisch gebruik. John Smets en Marjo Jacobs gaan er met hun gezin wonen. „En we zorgen nog voor een aanleunwoning voor onze ouders,” vertelt Marjo Jacobs. „Dan kunnen we mantelzorg verlenen.” Aan het sobere monument moest veel gebeuren, want er was zo’n 25 jaar niets aan gedaan. „Maar we vonden het jammer als dit agrarisch erfgoed verloren zou gaan. Die restauratie doen we in feite voor Limburg. En dan is het natuurlijk fijn als de provincie daarin meehelpt. Zonder die hulp hadden we de stap niet durven zetten.”
De provincie kende een bedrag toe van € 140.000, terwijl de totale kosten vele tonnen bedragen. De werkzaamheden zijn in maart begonnen en gaan al met al drie jaar duren. In de plannen zit een verduurzaming van het gebouw en op de een hectare grond rondom de hoeve gaan John en Marjo met ecologisch verantwoorde landbouw beginnen. „John en ik werden verliefd op deze plek. We komen beiden uit boerenfamilies. En we hebben een ideaal om in respect voor de natuur te zorgen voor meer diversiteit. Dat gaan we doen met permacultuur. Dat betekent onder meer de aanplant van veel verschillende soorten bomen en planten die vogels en insecten aantrekken. Het houdt ook in dat we geen bestrijdingsmiddelen gaan gebruiken en groenten en ook bloemen op een natuurvriendelijke wijze gaan telen, waarbij vlinders en bijen goed zullen gedijen. Dat alles zorgt er weer voor dat we de bodem niet uitputten maar juist rijker maken, waarmee de cirkel rond is.”
Hubert Mackus is ervan overtuigd dat de provinciale steun bij het herbestemmen van monumenten een belangrijke prikkel is: „Niet alle monumenten in Limburg hebben een levensvatbaar toekomstperspectief, laten we daar realistisch over zijn. Er doen zich echter veel kansen voor waarbij een creatieve herbestemming dé oplossing is. Denk bijvoorbeeld aan het plan dat nu wordt uitgewerkt om de Theresiakerk in Maastricht te gaan gebruiken als vaste repetitieruimte van de philharmonie zuidnederland. En kijk eens hoe waanzinnig mooi de voormalige Tapijnkazerne is opgeknapt en nu onderdeel is van de Universiteit Maastricht. Daar heeft de hele samenleving wat aan. Daar ben ik hartstikke trots op omdat dat precies de ambitie is van ons monumentenbeleid.”