Bijna 2.200 kilometer lang zal het routenetwerk in Limburg binnen twee tot drie jaar zijn. Het is ongekend wat er de afgelopen jaren allemaal is gerealiseerd om van Limburg ook een toeristische trekpleister in de paardensport te maken. ‘Limburg is op dit gebied echt een trendsetter in Nederland en we zitten pas aan het begin van alle mogelijkheden die het paardentoerisme biedt,’ zo blikt Giel Polman, directeur van Limburg Marketing en Routebureau Noord- en Midden-Limburg, vooruit.
Honderden kilometers plezier aan ruiter- en menroutes
Grijzegrubben is een gehucht dat behoort tot de gemeente Beekdaelen. Het bestaat uit zo’n tachtig huizen, waaronder een groot aantal gerestaureerde boerderijen. Lei Linders wijst naar deze plek als het beginpunt; hier heeft Limburg zo’n veertien jaar geleden het paardentoerisme omarmd. Als regioconsulent van de KNHS was Linders in 2006 een van de eersten die zich hard maakte voor het realiseren van ruiter- en menroutes in Limburg. Hij zag dat dit voor de agrarische sector extra kansen bood en heeft de Limburgse gemeentes een voor een benaderd om de paardenroutes te realiseren.
‘In die tijd had je eigenlijk alleen in Vaals een paar korte routes,’ herinnert Linders zich. ‘De eerste gemeente die ons idee echt oppakte was Nuth, de huidige gemeente Beekdaelen. Toenmalig burgemeester Désirée Schmalschläger heeft daar een belangrijke rol in gespeeld. Bij iedere vergadering was zij present en altijd heeft zij onze plannen gesteund. De routes werden in vier ringen rondom Nuth gelegd, zodat je daar al zo’n honderd kilometer kreeg. Via Visit Beekdaelen worden deze routes goed gepromoot. ‘Wij zijn een echte paardengemeente. Zo lopen er veel hippische routes en zitten er alleen al in Nuth heel wat paardenbedrijven. Je ziet het terug in de vele kernen van Beekdaelen: paarden passen goed bij ons landschap. Dat versterkt ook onze toeristische aantrekkingskracht,’ zegt wethouder Roy van der Broek van Gemeente Beekdaelen.
Het voortouw in de ontwikkeling van het routenetwerk is later door Midden-Limburg overgenomen. Vanuit Weert is men het provinciaal routenetwerk met diverse knooppunten in Midden-Limburg gaan opzetten. Vanaf het eerste moment volgt Giel Polman deze ontwikkeling nauwgezet. Al ruim drie decennia is Polman een fanatieke recreatieve ruiter, zoals hij zichzelf omschrijft. Het gevoel van het een worden met de natuur en met het paard heeft zijn hart veroverd. Het is voor hem een ultieme manier van ontspanning, waarbij je optimaal van de omgeving kunt genieten. Vanuit zijn rol bij Limburg Marketing wil hij die liefde graag delen.
‘Midden-Limburg loopt voorop,’ stelt hij. ‘In Noord-Limburg hebben we samen met de KNHS en Limburg Paardensport een collectieve aanpak met de gemeenten en provincie gerealiseerd. Op korte termijn zal ook in Noord-Limburg een routenetwerk met talrijke knooppunten worden opgeleverd. In Zuid-Limburg ligt de nadruk nu nog vooral op fiets-, mountainbike- en wandelroutes, maar ook daar wordt eraan gewerkt om het routenetwerk de komende jaren rond te hebben. Als je in Midden-Limburg ziet dat er inmiddels honderden kilometers routes door natuurgebieden lopen, dan is er al behoorlijk veel werk verricht. Als je er rekening mee houdt dat de Maas onze provincie eigenlijk in tweeën splitst, is het op elkaar aansluiten van de routes niet eenvoudig.’
‘Paardentoerisme is een nichemarkt, maar ik denk dat je juist na deze moeilijke coronaperiode moet denken in kansen,’ vervolgt Polman. ‘Er liggen veel horeca- en verblijfsgelegenheden langs het routenetwerk. Zorg dat je bij je restaurant een paar plekken maakt waar paarden kunnen verblijven. Heb je een B&B, vakantiehuis of hotel met nog wat ruimte, bouw er dan een kleine stal naast zodat ook paarden kunnen overnachten. Dat zijn geen grote investeringen, maar hiermee maak je jezelf wel uniek voor een speciale doelgroep. De meeste paardensporters hebben bovendien meer te besteden dan de gemiddelde toerist.’
Natuurgebied De Meinweg, nabij Roermond, is een van de mooiste paardengebieden. Het gebied in Roerdalen kent zo’n honderdvijftig kilometer aan bewegwijzerde ruiter- en menpaden. Rijstal Venhof en Paardenpension Jägerhof liggen aan dit gebied. Beide zijn PaardenWelkom-locaties. Venhof is een van de weinige adressen in Nederland die ook de mogelijkheid biedt om paarden te huren. ‘Eigenlijk gebeurt dit momenteel nog veel te weinig,’ benadrukt Polman. ‘Het huren van paarden voor een dag is natuurlijk de makkelijkste manier om mensen in aanraking te laten komen met het genot van paardrijden. In Nationaal Park De Meinweg proberen we het voor ruiters steeds leuker en uitdagender te maken. We zijn voornemens om parcoursen uit te zetten met hindernissen, terwijl er ook opdrachtroutes zijn. Daarnaast zijn er ideeën om een meerdaags ruiter- en menevenement te organiseren.’
Ook manege Bergemo in Heijen timmert goed aan de weg. Hier wordt specifiek ingespeeld op de paardenliefhebber. Trekkerswagens zijn omgebouwd tot knusse hotelkamers en alle faciliteiten voor een buitenrit in Nationaal Park De Maasduinen zijn aanwezig. Voor de allerkleinsten worden er ponyritten georganiseerd, terwijl je er ook lessen kunt nemen waardoor je op een professionele manier leert paardrijden. Speciaal voor de gasten van hun buren, Center Parcs Het Heijderbos, biedt Bergemo verschillende Maasduinentochten met paard en wagen, ponyritjes en rondleidingen door de stallen aan. Het ‘huren’ van een pony behoort ook tot de mogelijkheden. Als je je eigen pony of paard meeneemt, kun je er ook een box huren waardoor je lievelingsdier vlakbij is.
‘Ik denk dat we in de opzet van het paardentoerisme net voorbij de pioniersfase zijn,’ oordeelt Polman. ‘Dit is een nieuwe markt, die heel wat spin-offs voor de regio biedt. Ik merk dat de vraag naar paardensport groot is, maar dat het aanbod nog vrij gering is. De adressen waar je een paard kunt huren, zijn op één hand te tellen. Ik denk dat we nu in de fase zitten dat we ondernemers moeten stimuleren om het aanbod te creëren. Wat zou het prachtig zijn als je straks een paar dagen met je paard van de ene naar de andere overnachtingsplek kunt trekken. Zeker met nog meer grensoverschrijdende routes in het vooruitzicht liggen hier ongekende mogelijkheden.’
Er zijn al diverse aansluitingen op knooppunten van routes buiten de provincie, zoals in Brabant en Gelderland, maar ook connecties met routes in Belgisch-Limburg en Duitsland. Ook ‘pionier’ Lei Linders is overtuigd dat hierdoor nieuwe kansen ontstaan: ‘Zeker wanneer we in Zuid-Limburg de nodige nieuwe knooppunten kunnen realiseren, zal de aantrekkingskracht van Limburg voor het paardentoerisme verder groeien. Je kunt dan prachtige routes in het heuvellandschap maken die aansluiten op routes naar de Ardennen en de Eifel.’
PaardenWelkom
Op initiatief van Limburg Paardensport is het PaardenWelkom-label tot stand gekomen: een keurmerk voor locaties waar paarden met hun eigenaren op een warm welkom kunnen rekenen. ‘In eerste instantie wilden we in Limburg zelf zo’n label ontwikkelen. Het is namelijk niet alleen belangrijk om een mooi routenetwerk te hebben; de vervolgstap is dat goed te vermarkten, waarbij kwaliteit en veiligheid voor het paard voorop staan. Het is geweldig dat de KNHS dit heeft opgepakt en na onze pilot en primeur in Limburg is gestart met het landelijk uitrollen’, vertelt Giel Polman. Inmiddels hebben in heel Nederland bijna veertig locaties (waaronder hotels, B&B’s, restaurants, vakantieparken, campings en FNRS-maneges) het label, waarvan bijna twintig in Limburg.