Engels in de bediening is onvermijdelijk
De 20 graden werden deze week aangetikt en hup, de terrassen zaten meteen vol. Dat snap ik helemaal, want we verlangen altijd naar die eerste mooie zonnige dag van het jaar.
Aan klandizie geen gebrek, zo was mijn indruk bij een wandeling door de stad. Maar hier en daar was de bediening nog niet voldoende ‘opgeschaald’, een probleem waar horeca-ondernemers steeds meer mee worstelen.
De arbeidsmarkt staat in het algemeen al zwaar onder druk, in de horeca is dat nog veel heftiger. Deels heeft dat te maken met het feit dat het vak van ‘ober-kelner’ de laatste decennia onvoldoende is meegegroeid met de loonontwikkeling. Maar de waardering is ook ondermaats.
Vele jaren konden er nog genoeg studenten gevonden worden om de gaten op te vullen. Vaak goedwillende jongelui, die natuurlijk niet al te veel vakkennis hadden kunnen opdoen.
Maar nu zijn die zelfs niet genoeg te vinden, althans niet voldoende Nederlandstaligen. Dus zie je in steeds meer zaken ook jongeren uit andere landen, die de gasten bedienen. En dat gebeurt dat meestal in het Engels.
‘Nog altijd beter dan zelfbediening’
Er zullen zeker mensen zijn die dat maar niks vinden, maar ja, beter zo dan helemaal geen bediening. Het hangt af van het soort zaak en ook van hoe zo iemand met die rol omgaat.
Ik ken verschillende restaurants met aardig wat buitenlands personeel, maar kennelijk wel heel goed geselecteerd. Dan denk ik, liever met stijl en gastvrijheid in het Engels bediend, dan ongeïnteresseerd of zelfs onvriendelijk in het Nederlands. Of in het dialect. Personeel dat geen Nederlands spreekt maar ook niet echt gastvrij is, heb je ook nog.
Het goed belonen van bedienend personeel lukt blijkbaar wel in zuidelijke landen als Frankrijk, Spanje en Italië, al liggen de sociale werkgeverslasten daar ook wat lager. Ober is daar nog een vak, je wordt er doorgaans professioneel bediend.
In onze contreien zie ik niet gauw een verbetering, dus ja, dan maar in het Engels. Nog lastiger is het in België. Dat land is Europees kampioen werkgeverslasten met dank aan de koppige vakbonden die én een hoog salaris eisen, zeer forse sociale premies voor werkgevers én een korte werkweek. Tja, ergens moet dat allemaal van betaald worden. Het resultaat is daar niet een keur aan bevlogen obers, maar opvallend hoge prijzen voor de gasten, omdat de ondernemer de kosten doorberekent om rond te komen. En zo kunnen goede bedoelingen in de praktijk slecht uitpakken..
Als we zo nog even doorgaan, komen we als gast straks nog zelf aan het bedienen. Dan kunnen we de rosé in de bar uit de koelkast halen, afrekenen en zelf mee op het terras nemen. Efficiënt, dat wel, maar de charme van het terras- of restaurantgenot gaat er dan toch van af. Dus dan toch maar liever vriendelijke bediening in het Engels, als het niet anders kan. Thank you!