De NS jaagt je de trein uit
Van de week zat ik weer eens in de trein, van Maastricht naar Amsterdam en terug. Ik begon te mijmeren over de politieke boodschappen omtrent openbaar vervoer, en de alledaagse werkelijkheid.
In menig verkiezingsprogramma dat dezer dagen het licht zag, werd de nadruk gelegd op het belang van meer openbaar vervoer. Er wordt gepleit voor een goedkoper treinkaartje bijvoorbeeld en betere verbindingen, al jaren.
Tot zover de campagnetaal. Vele regeringen van variabele politieke kleur hadden daar in het verleden al de mond van vol. We moesten vooral niet in de auto vanwege nog meer files en slecht voor het milieu.
Om de dierbare landgenoten een beetje in de goede richting te duwen, werden de autokosten vanuit de overheid telkens wat opgevoerd met de gedachte dat de mensen dan vanzelf wel het openbaar vervoer nemen. Toch blijkt dat niet echt het geval, de files worden alleen maar langer. Nu heb ik op zich bepaald geen hekel aan het reizen per trein. Anders dan achter het stuur van de auto kun je in de trein nog iets doen. Lezen bijvoorbeeld, op je laptop een verhaal schrijven of al dromend naar het voorbijschuivende landschap turen, dat is ook wel eens fijn.
Maar de Nederlandse Spoorwegen werken niet mee om je te verleiden. Om te beginnen is de trein behoorlijk duur geworden. Voor mijn retourtje Amsterdam betaalde ik € 99,96. Jawel, eerste klas, maar als je je nog enigszins wilt concentreren, heb je dat wel nodig. Stel je bent met tweeën, dan ben je dus in feite € 200 kwijt. Voor dat bedrag kom je met een auto, zeker als die elektrisch is, een héél eind verder.
Er komt bij dat je sowieso geluk moet hebben dat je nog een zitplaats krijgt. Zeker tijdens het spitsuur is dat een forse uitdaging. En dan is er de service, die gewoon is afgeschaft. Geen koffie, geen broodje, helemaal niks. Moet je zelf meenemen.
Enkele stoelen zijn voorzien van een stopcontact, de meeste niet. De wifi is enorm traag, waardoor de belofte van internet een farce blijkt. Het interieur ziet er doorgaans redelijk uit, maar niet echt comfortabel. En last but not least, de NS zijn blijven stilstaan in de tijd als het gaat om de technologische ontwikkeling. In veel landen in de wereld rijden supersnelle treinen, in Nederland niet. De rit Maastricht-Amsterdam duurt nog exact even lang als een halve eeuw geleden.
Wel de prijzen fors verhogen, maar daar geen prestatie tegenover zetten.
Saai is het reizen met de trein in Nederland overigens niet. Tijdens mijn reis naar Amsterdam zat ik in een stiltecoupé, maar daar trok een man van wie ik vermoedde dat hij uit het voormalige oostblok kwam, zich niets van aan. Hij zette zijn telefoon op speaker en het gesprek met een andere vent schalde door de coupé. Tot overmaat van ramp keek hij me af en toe doorzoekend en bepaald niet vriendelijk aan en hij hield ook constant de toegangsdeur van de coupé in de gaten, alsof hij nog een compagnon verwachtte. Ik had het wel prettig gevonden als een conducteur eens langs zou komen om de vervoersbewijzen te controleren, maar ik zag de hele reis niemand van het personeel.
Het werd me wat unheimisch en op enig moment ben ik naar de benedenverdieping verhuisd, het zekere voor het onzekere nemend. Weliswaar kon ik daar via de speakers nog veel meer telefoongesprekken volgen, van discussies met collega’s tot aan ‘doe vanavond maar een bordje pasta’, maar het was er drukker en dat voelde onder die omstandigheden net iets comfortabeler.
En o ja, ik kwam op tijd aan. Er waren geen bladeren of sneeuwvlokken op de rails gevallen.