Chefs van buiten Limburg op ’t Preuvenemint, kan dat wel?
Kan dat wel, een chef van buiten Limburg die komt koken op ’t Preuvenemint, het oer-Maastrichtse eetfestijn? Volmondig zeg ik: ja dat kan.
Toen Chapeau het nieuws bracht dat de Nederlandse 3-sterrenchef Jacob Jan Boerma een grote stand neemt op het Vrijthof in het laatste weekend van augustus, reageerde een aantal Sjengen op social media dat dit eigenlijk niet kon. Want Boerma komt niet uit Limburg, dat klopt. Hij is niet ‘eine vaan us’. Maar ja, hij kan toevallig wel lekker koken. Trouwens, de huidige voorzitter van het organiserende Struys-comité, Niels Klinkhamer, is ook niet ‘eine vaan us’. Het is ‘unne Hollender’. Maar hij schijnt het wel goed te doen.
Ik was vroeger ook niet ‘eine vaan us’, toen ik in Maastricht naar de middelbare school ging. Ik was ‘unne boer’, want van een dorp buiten de stad. Niet dat we thuis koeien hadden, maar toch.
Ik heb er gelukkig weinig onder geleden. Ik heb in de jaren erna zelfs begrepen dat veel ondernemers in de stad niet ‘vaan us’ zijn, maar wel de mouwen opstropen en welvaart brengen in de stad.
Over ’t Preuvenemint is er elk jaar weer veel gezever maar toch gaat iedereen er ook deze zomer weer naar toe. Omdat het gezellig is, je komt er veel bekenden tegen. En in een aangenaam kader, met iets te eten en te drinken.
Het voornemen van het bestuur om weer meer de nadruk te leggen op de gastronomie, juich ik toe. Want daar draait het eigenlijk om. De laatste jaren werd het meer een zomercarnaval, met dito artiesten en dito geluidsboxen. Degenen die kwamen om vooral iets lekkers te proeven, werden platgewalst door al dat gehos en vooral het kabaal. Dus laten we hopen dat het inderdaad weer meer de culinaire kant opgaat en dat de geluidsbegrenzers dit jaar scherper zullen worden afgesteld.
Ik weet dat het voor de organisatie nog moeilijk was om voldoende goede deelnemers te krijgen die het gastronomische plaatje wilden invullen. Vanuit de eigen provincie is de laatste jaren alleen Tout à Fait (*) een vaste waarde, de overige sterrendragers laten het afweten. Ik begrijp het wel, je neemt veel risico, je moet veel investeren en nog maar zien of je het terugverdient. De organisatie zou nog eens kritisch kunnen kijken of het huidige businessmodel met forse afdrachten nog wel houdbaar is voor de langere termijn.
Maar als je dus niet mee wil of kunt doen, dan moet je ook niet klagen dat restaurateurs en chefs ‘van buiten’ er wel komen koken. Zo’n Jacob Jan Boerma is tegenwoordig een vrij man, een rondreizende ondernemer die her en der initiatieven neemt, restaurants opent, daar soms ook in deelneemt, en elders adviezen geeft. Daar kun je van alles van vinden, maar tegenwoordig doen wel meer 3-sterrenchefs dat. Zij zetten hun Michelin-eretitel om in imago en ondernemerschap. Met als voorbeeld Alain Ducasse die zowat 20 Michelin-sterren heeft met al zijn restaurants over de hele wereld.
Voor mij zijn goede chefs van buiten van harte welkom, zeker als ze in hun stand ook nog tal van andere topchefs uit de regio en ver daarbuiten uitnodigen, dan krijg je een soort kooktheater. Misschien werkt dat wel inspirerend voor de Limburgse chefs om volgend jaar ook weer op het Vrijthof te gaan staan.