China nadert koppositie internationale automobielwereld
De treinreis tussen de vlieghaven en het centrum van Shanghai duurt zeven minuten. De magneetzweeftrein Maglev haalt onderweg een topspeed van 431 kilometer per uur en symboliseert de razendsnelle technologische evolutie die China sinds de eeuwwisseling doormaakt. Ook inzake mobiliteit.
Nadat de autosalons van Genève, Frankfurt en Parijs in alle stilte van de kalender zijn afgevoerd, was het midden april verzamelen geblazen op de Auto Shanghai 2023 (18-27 april). Het imposante National Exhibition and Convention Center (NECC) was omgetoverd tot een reusachtige showroom waar bijna alle grote autoconstructeurs hun nieuwste modellen lieten zien, met de Chinese merken in een glansrol. BYD & Co waren de blikvangers en smaakmakers, op de stands van de Europese constructeurs viel er weinig nieuws te vinden voor de ruim 10.000 geaccrediteerde (auto-)journalisten uit alle hoeken van de wereld.
Zelfs de wereldpremière van de ID.7, het nieuwe elektrische paradepaardje van Volkswagen, was er eentje in mineur. Daags voor de presentatie werd immers bekend dat Volkswagen niet langer de nummer één op de Chinese markt is. Niet de wereldpremière van de ID.7 maar het verlies van de eerste plaats werd daardoor breaking news.
Het verlies van het marktleiderschap is toe te schrijven aan de stroomversnelling waarin de transitie van verbrandings- naar elektromotoren is terechtgekomen. Die verloopt in China veel sneller dan verwacht. De verkoop van geëlektrificeerde wagens steeg vorig jaar van 2,4 naar 4 miljoen eenheden, waarvan amper 6.300 met een VW-logo.
De transitie situeert zich vooral bij de kleine en goedkopere e-modellen, een marktsegment waarin noch VW noch de andere Europese constructeurs een rol van betekenis spelen. Door de snelle transitie van verbrandings- naar elektromotoren is de verkoop van benzinewagens in China bovendien fors teruggelopen, van 18,4 naar 15,4 miljoen wagens. Uiteraard is dit een dikke streep door de rekening van Volkswagen. De Chinese markt, tot nu toe een melkkoe voor de Duitse constructeur, ziet die inkomstenbron plots in gevaar komen.
Nieuwe machtsverhoudingen
De koppositie van VW is nu in handen van BYD, een anagram van Build Your Dreams. De grote baas, Wang Chuanfu, maakte fortuin met de productie van batterijen voor mobiele telefoons. BYD is intussen ook actief als autobouwer. In 2018 verkocht het een half miljoen personenwagens, voor het overgrote deel met een benzinemotor. In de daaropvolgende jaren legde BYD zich toe op de productie van geëlektrificeerde auto’s. In 2022 verkocht BYD 1,9 miljoen plug in hybrides en volledig elektrisch aangedreven auto’s en steeg de winst met 365 procent tot omgerekend 2,9 miljard euro.
De snelle opmars van BYD heeft ermee te maken dat het zowel auto’s als chips en batterijen produceert. Die laatste worden gebouwd op basis van lithium-ijzerfosfaat (LFP) in de plaats van de gebruikelijke lithium-ion technologie. De LFP-cellen zijn niet alleen goedkoper, zij maken ook geen gebruik van kobalt en raken minder snel oververhit.
Nog zoekt de Chinese nummer één zijn weg op de Europese markt, maar lang zal die zoektocht niet duren. Enkele grote Europese autogroepen staan in de rij om de verdeling en het onderhoud van de BYD-modellen voor hun rekening te nemen.
Donkere wolken boven Europa
Zet de transitie naar elektromobiliteit zich door -en daar twijfelt niemand aan- dan breken er moeilijke tijden aan voor de Europese automerken die niet voorbereid zijn op de tsunami van goedkope elektrische auto’s uit China. Zelfs voor de premiummerken Audi, BMW, Mercedes en Porsche ziet de toekomst er somber uit. Na Auto Shanghai 2023 ben ik er meer dan ooit van overtuigd dat Made in China het nieuwe kwaliteitslabel wordt in de internationale automobielwereld.