Adrian van Hooydonk (58) woont in München en werkt sinds 1992 voor BMW. Als directeur design van de BMW Group is hij eindverantwoordelijk voor het design van de merken BMW, MINI en Rolls-Royce. Hij stuurt een team van 700 ontwerpers aan. Die zitten verspreid over de hele wereld.
Ondanks een overvolle agenda maakte hij in mei tijd voor een interview waarvan je de weerslag kunt lezen in het TEFAF-nummer van Chapeau. Het is overigens puur toeval dat BMW partner is van TEFAF. Tijdens de periode van de kunstbeurs verzorgt BMW shuttlediensten tussen MECC Maastricht en de betere restaurants en hotels in de stad en de omgeving.
De echte reden voor het interview is dat Adrian in zijn vakgebied een wereldautoriteit is en dat zijn visie op autodesign boeiende en leerrijke lectuur is voor de Chapeau-lezers. Van hen is bekend dat zij een meer dan een gemiddelde belangstelling hebben voor het automobielgebeuren. Bovendien is Van Hooydonk geboren en getogen in Echt, wat hem dubbel interessant maakt voor een magazine met Maastricht als thuisbasis.
Door onvoorziene omstandigheden moest het interview enkele keren worden uitgesteld. Op woensdag 18 mei was het eindelijk zover. Maar omdat Adrian om 14 uur nog achter het stuur van zijn BMW i4 zat, verliep het gesprek deels al rijdende, deels al wandelend naar zijn kantoor en deels al zittend aan zijn bureau.
Die ongewone setting droeg er allicht toe bij dat het gesprek al snel een informeel karakter kreeg en dat de doorgaans gereserveerde design-directeur alle remmen losgooide en zelfs inkijk gaf in zijn privéleven. Wat hoogst ongewoon is voor managers op topniveau.
Want de weerslag van elk gesprek met een journalist moet voor publicatie het fiat krijgen van de persverantwoordelijke. Elk woord wordt gewikt en gewogen. In het geval van het interview met Adrian is echter geen letter veranderd.
Zo vernemen de Chapeau-lezers dat van Hooydonk pas op zijn vijftigste vader is geworden, dat hij geregeld zijn familie in Limburg bezoekt en van de goede dingen van het leven houdt. Maar ook dat hij in onze gedigitaliseerde wereld nog altijd met potlood en papier werkt.
Op de vraag of hij overweegt om na zijn pensioen terug te keren naar Limburg gaf hij te kennen dat een beslissing nog niet aan de orde is. ,,Wij staan aan de vooravond van de grootste technologische revolutie in de automobielgeschiedenis. De komende vijf jaar zijn beslissend voor de toekomst van alle automerken, klein en groot. Nu afhaken zou gelijkstaan met vaandelvlucht, mijn werk is nog niet af. Bovendien heb ik nog een aantal jaren te gaan.”
En weg was hij, Limburger in hart en nieren. ,,Ik ben het prototype van een bourgondiër.”