De kans dat jij, liefste lezer, weleens naar het prachtige Toscane bent afgereisd, is vrij reëel. En daar heb je groot gelijk in. Maar wat als ik je zeg dat je 250 kilometer verderop dezelfde schoonheid kunt beleven zónder toeristen en prijskaartjes die wijzen op een drukbezochte regio? Ik heb het over de wondermooie Marchestreek die me de afgelopen week meermaals vlinders in de buik gaf. Niet afkomstig van lokale Francesco’s of Alessandro’s, wel van het heerlijke leven dat er heerst. Alle voordelen op ’n rijtje!
1. Het is er een stuk minder druk
Wacht even… zijn we er zeker van dat het putje zomer en dus toeristisch hoogseizoen is? Ja hoor, zelfs midden juli is het fijn en rustig toeven in de Marche-streek. Wat is het heerlijk om de mooiste uitzichten niet met honderden andere toeristen te moeten delen. Écht genieten! Vooral in schattige dorpjes als Urbania en Sant’Angelo kun je dat voelen. Dat ze omgeven zijn door kleurrijke heuvels, maakt het plaatje helemaal af.
2. Si, si, parlo Italiano..
Ken je dat gevoel: op terras of in de winkel je uiterste best doen om de lokale taal te spreken, hopend dat ze ook in hun eigen taal antwoorden? En uiteraard hebben ze dan steeds door dat je een toerist bent en word je verder geholpen in het Engels. Grappig, maar zo leer je die taal nooit natuurlijk! Wel, oefening zul je krijgen in Le Marche.. Hier wordt zéér weinig Engels gesproken en dat draagt een authentieke charme met zich mee. En ja, ook hilarische momenten wanneer je merkt dat je gewoon overal ‘o’ of ‘i’ achter zet als je iets moet uitleggen. Hun blikken-i tijdens je pleidooi-o zijn goud-o waard!
3. Hoogseizoen-prijzen? Wat zijn dat?
Minder toeristen betekent ook genieten van de lokale prijzen. Waar je in Toscane ook bij het afrekenen voelt dat je in een populaire streek zit, zal er in Le Marche eerder een glimlach op je gezicht verschijnen: gemiddeld vijf euro voor ‘n (heerlijke) pizza! Of wat zeg je van minder dan één euro voor een verse koffie? Ga in Urbania naar ‘Big Ben’ voor de typische nonna-keuken en rep je in Ancona naar ‘La Degosteria’. Iets duurder is het in ministaat San Marino, maar daar krijg je dan weer een topomgeving voorgeschoteld! Echte aanrader als je in de buurt bent.
4. Aha, dít is dan het echte Italië!
Italië is een land van tradities. Vooral op vlak van religie hebben ze een hele reeks typische gebruiken. En hoewel je ze overal wel tegenkomt, zijn ze in de Marche-dorpjes meer uitgesproken. Lees: niet aangepast aan toeristische noden. Leuk is om in het dorp waar je verblijft te vragen naar welke dorpsfeesten plaatsvinden in jouw vakantieperiode, zo zie je hoe de echte locals het doen! Wij waren helaas net te laat om de (naar het schijnt) prachtige bloemenprocessie in Urbania mee te maken.
5. Mangiare, per favore!
Italië zou Italië niet zijn zonder hun geweldige keuken. En als je naast pizza, pasta, risotto en verse vis ook nog eens nét in een streek zit waar truffel wordt gevonden… Dan ben je met je gat in de burro gevallen!
Alla prossima, La Marche! Ciao ciao!
